305
En,— wat de schrijfwijze 'aMr (attentie s. v. p. zetteren de
splitsing van pcmggil in pa-nggil betreft,— beiden heb ik o.a. aan
het oordeel van den penghoeloe bij den Raad van Justitie te
Batavia onderworpen met het verzoek die woorden in Arabisch
schrift terug te geven, zooals zij ingevolge die schrijfwijze naai
zij ne meening behooren te worden geschreven. Het gevolg daar
van wast.^ad voor 'aMr en Rtf 'Nggil's vader! En toen
ik hem opmerkte, dat die woorden geschreven moeten worden
_d en was zijn antwoord: „Tidaq boleh djadi,toean
Maarbedoelde penghoeloe heeft ook geen verstand of
begrip van de schoone „phonetiek"Het eenige, wat hem ver
weten kan worden, is, dat hij zijne taal voelt
Ik geloof, dat ik hiermede kan volstaan en verdere bespre
kingen van het boek van den heer Spat kan sluiten.
Maijer.
Het door den penghoeloe geschrevene heb ik der Redactie van dit tijdschrift
aangeboden.
Dl. I, 1901. 21