362
tepunt valt boven den rug van het muildier. Duidelijk is het,
dat deze stand eene groote aanleiding is tot drukkingen en tot
vallen van de muildieren in zwaar terrein.
Het eerste muildier is hierbij evenwel in 't voordeel boven
het tweede, doch heeft ook den zwaarsten last te dragen. Van
zeer veel belang is het dus, indien wij dezen last konden ver
minderen. Dit kan geschieden door het draagtrektuig lichter te
maken, en door den last te verlichten.
De last is evenwel het kanon, waarvan niets anders afgehaald
kan worden dan het sluitstuk. Hu is bij ons tegenwoordig berg-
geschut het uitnemen en inzetten van het sluitstuk te omslachtig
om het te velde vlug te kunnen doen en zal aan het vervoer
van het sluitstuk afzonderlijk ook groote bezwaren verbonden
zijn, door het gemakkelijk uitvallen van de afsluitplaat en de
kans van beschadigingen aan het gasafsluitend gedeelte.
Bij eventueele aanschaffing van nieuw geschut zou evenwel
met deze omstandigheid rekening gehouden kunnen worden.
Er blijft ons dus niets anders over dan den bok te verlichten,
hetgeen zeer goed zou kunnen geschieden door deze van plaatstaal
te vervaardigen. Indien men nu in de paktasschen verder ook
slechts het hoogst noodige medevoert (waarvoor dienen twee stellen
afsluitringen en platen hierin, en zoo is er nog meer, dat niet strikt
noodig is,) zoo kan de last toch nog met 15 K.G-. worden ver
minderd, hetgeen het dier reeds veel ten goede zal komen.
Ook het tweede en derde muildier zal eene vermindering van
het gewicht van den draagbok ten goede komen.
Beschouwen wij nu het tweede muildier, dan zien wij hierbij
het zwaartepunt nog hooger geplaatst, terwijl de lamoenberrie
aan deze schommelende last niet veel goed doet. Mijns inziens
zouden dan ook bij de aanschaffing van nieuw materieel de lasten
van tweede en derde muildier geheel veranderd dienen te wor
den, waarbij het aanbeveling zal verdienen vier in plaats van drie
muildieren te bezigen voor het dragen van kanon en affuit.
Een hoofdvoorwaarde moet dan zijn een afneembare as, daar
deze belet, dat het voorstuk van de affuit diep genoeg in den bok
kan wegzakken om een betere plaatsing van het zwaartepunt van
den last te krijgen.
De verdeeling over de dieren zou dan kunnen zijn
