371 Tot staving van het vorenstaande eenige voorbeelden. In menige tactische verhandeling leest men, dat zelfstandige (ophelderings) cavalerie tot op minstens één dagmarsch kan wor den vooruitgezonden. Dus zegt een ander, waar de cavalerie in Indië, tegenover den Atjeher in Atjeh, steeds dicht bij de haar volgende troepenmacht moet blijven, kan toch niet van zelfstandig optredende cavalerie tegen den inlandschen vijand gesproken worden, neen, dat moe ten wij voorhoede-cavalerie noemen. Ja maar, zegt nu een volgend opmerker, die voorhoede-cava lerie moet altijd vlak op de colonne zitten en zit daaraan zoo met een touwtje vast, laten wij daarom niet spreken van voor hoede-cavalerie maar van voorhoede-cavalerie met eenige vrijheid. Hoeveel vrijheid onder eenige moet worden verstaan, wordt gelukkig daarbij niet opgegeven, waarschijnlijk omdat wij daar voor geen bepaalde maat hebben. Maar hoe moeten wij dit nu opvattenAls een gemiddelde tusschen heelemaal vrij en heelemaal niet vrij? Sommige schij nen dit zoo te begrijpen, want ziet, er wordt hier en daar reeds gesproken van gebonden voorhoede-cavaleriedat is dus cavalerie zonder eenige vrijheid. Anderen brengen ons weer van die opvatting terug door te betoogen, dat de benaming van zelfstandige cavalerie, gegeven aan de beveiligings cavalerie eener marschcolonne, die niet on middellijk onder de bevelen van den commandant der voorhoede staat, niet juist is en men deze „waarnemingscavalerie" zou die nen te noemen. Uitdrukkelijk wordt dan nog vermeld, dat die cavalerie niet zelfstandig is. De vraag zou hier gewettigd zijnIs dan de wel zelfstandige, ophelderingsdienst verrichtende cavalerie geen waarnemingsca- valerie En is ook de voorhoede-cavalerie niet eveneens waar- nemingscavalerie? Zit niet juist de quintessence van het bevei ligen in waarnemen? En alsof wij nu nog geen namen genoeg hebben, zijn er nog enkelen voorstander van de uitdrukking cavalerie-voorhoede. Vergist U niet lezers, men bedoelt daarmede niet de voorhoede van een cavaleriemacht, neen, die heet natuurlijk ook wel cava lerie-voorhoede, maar dat is wat anders en de toekomst zal daar-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 387