382
middelden leeftijd van 37 jaren, gezegend met eene vrouw en
eenige kinderen, nog steeds in den luitenantsrang ronddoolt op
een tractementje van f 211.50 's maands, alleen in staat geacht
om een sectie of een peloton te commandeeren. Nu hoor ik reeds
de luitenants van de genie en artillerie zeggen, dat de toestand
daar toch zeker even slecht is en dit is ook werkelijk het geval?
hoewel voor de luitenants van laatstgenoemd wapen in een niet
ver verwijderden tijd kans op verbetering bestaat, omdat bij dat
wapen doof alle mogelijke middelen wordt getracht den bestaan-
den toestand te veranderen. Men is daar m.i. dan ook op den
goeden weg.
Maar al is de toestand voor de andere luitenants verre van
rooskleurig, is het daarom noodzakelijk, dat deze ook zoo is bij
het hoofdwapen, waar het er in de eerste plaats op aankomt
steeds jonge krachten te hebben Het staat niet aan mij mede
te deelen, welke middelen te baat zouden kunnen worden geno
men om verandering te krijgen. Er is reeds dikwijls genoeg over
dit onderwerp geschreven; het is evenwel zaak er telkens en
telkens weder op te wijzen in de hoop, dat dit de infanterie ten
goede moge komen en dat, wanneer ons aller nachtmerrie, de
B. V., werkelijk komt opdagen, ons leger in staat moge wezen
datgene te kunnen doen, waarop naar billijkheid mag worden
gerekend.
Ook de toestand van den soldaat eischt met het oog hierop
verbetering. Waar wij van hem eischen, dat hij zijne aanvoer
ders overal en te allen tijde onder alle omstandigheden zal vol
gen, is het onze plicht ook in alle opzichten goed voor hem te
zorgen, hem goed te verplegen. Wanneer wij dit doel. willen
nastreven, moeten wij er voor zorgen, dat hij in 't bezit is van
een meer doelmatige kleeding dan de tegenwoordige en van een
ruimere hoeveelheid kleedingstukken. Wij mogen, wat dit betreft,
wel eens een kijkje in andere rijken nemen, waar wij zullen
zien, dat hiervoor geene kosten, hoe groot ook, worden ontzien.
Toen Duitschland troepen moest zenden naar China, rustte dit
rijk het geheele legerkorps uit met khaki-uniformen. De Engel-
schen zenden telkens en telkens weder groote hoeveelheden van
die uniformen naar den Transvaal. Al moge de bruine kleur van
deze stof minder geschikt wezen voor onze Indische terreinen,