421 Wij zijn thans genaderd tot de behandeling van het hooger gevoel, d.i. het bewustzijn van de verandering van toestand dei- ziel door die beelden gewekt, welke meer speciaal betrekking hebben op alles wat goed, waar en verheven is, en naar welke beelden dat gevoel zich noemt (waarheids-menschenliefde, ko ningsgezindheid, enz.). Ook hier is de lijst van soorten lang, en het kan daarom ons doel niet zijn deze een voor een te bespre ken. Wij zullen ons moeten bepalen tot eene algemeene beschou wing, om daaruit te trachten een voor alle soorten geldende kracht op te sporen, die den man voor hooger gevoel vatbaar kan maken,. Onderscheidene malen hebben we reeds gelegenheid gehad te wijzen op het nut, dat er in gelegen is, wanneer de man ons begrijpt; dat we zorgen het „waarom" voor hem duidelijk te ma ken en hierop meer dan tot dusverre het geval is, gelet moet worden bij de opvoeding van het denkvermogen. Ook om hooger gevoel aan te kweeken, dienen wij vooraf te hebben gezorgd, dat dit gevoel begrepen wordt, en dat het nut er van voor den man duidelijk waarneembaar is. Het komt ons voor dat, met name in de militaire wereld, het hooger gevoel wat vaag voor de oogen schemert, en geen helder licht verspreidt. Wij maken dit op uit de omstandigheid, dat er bij ons, zoodra van hooger gevoel gesproken wordt, zooveel groote woorden wordén gebruikt. Gaarne gelooven wij, dat men bij de gedachte aan een ver heven onderwerp in vuur rakende, dit wil uiten in verheven bewoordingen, maar dan dient men toch eerst bedoeld onder werp goed te begrijpen, de waarde er van te beseffen, anders is de geestdrift slechts opgewondenheid van één oogenblik. Aan houdend komt den soldaat hooger gevoel te stade, men denke slechts aan: eigenwaarde, kameraadschap, enz., maar hem wordt daarvan geen bevattelijk begrip gegeven, evenmin als men hem het wezenlijk nut daarvan leert kennen. Het gevolg hiervan is, dat in oogenblikken wanneer het noodig is hem om de een of an der reden in vuur te doen geraken (en zoowel in 't garnizoen als in 't gevecht zullen die oogenblikken veel voorkomen) men zijn toevlucht moet nemen tot een soort opzweepen met woorden, die sterk doen denken aan het knaleffect van een toast onder champagne-drinkende gasten. Yoor één moment een actie door op gewondenheid verkregen, waarop straks onverbiddelijk een reactie

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 437