430
Het grondwerk, dat voor de opstelling dezer doelen verricht
moet worden is van zoo weinig beteekenis, dat dit zonder be
zwaar aan elke oefening kan voorafgaan. De klepschijven kun
nen aangewend worden 0111 kleine vijandelijke afdeelingen voor
te stellen, b.v. een groep niet tweeën uit de flank, patrouilles,
■dubbelposten, verkennend officier, enz.
2. Schijvev op draailatten. Fig 6.
Om een liggende tirailleurlinie voor te stellen, worden meer
dere borst- en kopschijven met onregelmatige tusschenruimten
-op latten bevestigd. Deze latten kunnen tot een lengte van
100 M. worden gekoppeld en door één man zoowel direct,
van uit den post, als indirect, middels de twee touwen, worden
bediend. Zoo kan men naar beide zijden van den post dergelijke
-doelen opslaan, zoodat de post te midden van een 200 M. breede
tirailleurlinie komt te liggen.
Het versterken of verzwakken der tirailleurlinie bootst men
na door eenige rijen latten achter elkaar op te stellen, welke
te samen van zooveel schijven worden voorzien als voor één rij
bestemd was.
De tirailleurlinie wordt versterkt door eerst de le, dan de 2e,
■c.q. de 3e. rij latten te doen opkomenom de verzwakking der.
linie voor te stellen, laat men, na de geheele linie te hebben
beschoten, achtereenvolgens de rijen latten verdwijnen.
Men zorge er voor, dat de schijven op de verschillende latten
elkaar zoo min mogelijk dekken.
Ten einde de treffers van de sprongsgewijze oprukkende af-
deeling op de verschillende afstanden en doelen verkregen, uit
elkaar te houden, bezet men iedere rij latten geheel met schijven.
Tijdens den sprong doet men het beschoten doel (le. rij latten)
verdwijnen, terwijl een nieuwe rij schijven opkomt (2e. rij lat
ten) enz.
Hetzelfde is te verkrijgen met één rij latten, wanneer men
de latten aan 2 of 3 zijden van schijven voorziet.
De latten komen in dit geval te rusten op stellingen, welke
op den bodem van een geul zijn opgeslagen. Fig. 7. Het doen
van een sprong van de tirailleurlinie is voor te stellen, door aan
de 2e. rij latten rompschijven te bevestigen, welke gelijktijdig met
het neerdraaien der kopschijven, voor korten tijd zichtbaar komen.
