438
te bezigen. In de latten worden met onregelmatige tusschen-
ruimten gaten geboord, tot doorlating van het slangetje met ven-
tile en sluitdop. De ballons bindt men aan de latten met de touw
tjes, die zich aan de onderzijde van den bodem bevinden. Fig. 3..
Is de ballon verscheidene malen in dezelfde richting doorboord,,
dan kan men deze 90° omzetten en opnieuw bevestigen. Men
moet voorzorgen nemen, dat het slangetje met sluitdop niet ge
troffen kan worden.
Opstelling Fig 15.
Een geul graven van 50 c.M. diep en 80 c.M. bovenbreedte:
ter lengte van de frontbreedte der tirailleurlinie.
De uitgegraven aarde moet regelmatig verspreid worden en
zorgvuldig van steenen gezuiverd.
Schijven op draaibalken. Fig 8.
Een paal van 10 bij 10 c.M. en 0.80 c.M. lang, met een ijzeren
punt wordt loodrecht in den grond geplaatst. Om de punt, die-
tot spil dient, past een mof van ijzer, die in het midden van den
balk (lang 4 tot 6 M.) is aangebracht. Aan de uiteinden van
den draaibalk bevinden zich krammen, waaraan men de touwen
bevestigt, welke over katrollen loopen en tot in den post reiken.
Om het doordraaien van den balk te voorkomen, worden grens-
piketten in den grond gestoken.
De. schijven worden aan den balk gespijkerd of wel men voor
ziet den balk van een spleet, waarin de schijven met spieën
worden vastgezet.
Door gelijkmatige verdeeling der schijven wordt gezorgd, dat
de balk in evenwicht blijft, anders wordt de eene of andere zijde
zwaarder belast, tot evenwicht is verkregen. Wil men meerdere
balken met hetzelfde stelsel touwen in beweging brengen, zoo die
nen de onderling te verbinden balken van dezelfde lengte te zijn.
Het touw, waarmee de balken onderling zijn verbonden, mag:
niet te strak gespannen zijn.
Artillerie in stelling.
Voor de constructie van het houten raam zie fig. 9.
De 4 latten a zijn aan de uiteinden voorzien van ijzeren spil
len, die in overeenkomstige sponningen van het raam passen.
Het uittreden der spillen wordt belet door het opschroeven van
ijzeren dekplaatjes.