442 Voor 2/3 deel opgeblazen, worden de ballons aan de touwtjes opgehangen in een droog en koel vertrek. De gummistof heeft veel te lijden van groote hitte en vocht, eveneens van het samen drukken en te vaste verpakking, van zand en van vuil. Iedere onreinheid moet, zoonoodig met water, verwijderd worden. Vochtige ballons moeten met een zachten doek afgedroogd worden. Is het te voorzien, dat de temperatuur tijdens de schietoe fening zal stijgen, dan de ballons niet al te hard opblazen, en omgekeerd. Over 't algemeen is het te hard opblazen te ver mijden. Na afloop der schietoefening de sluitdoppen openen, opdat de lucht kan ontsnappen. De gaten worden met gummipleister dichtgeplakt. Vindt men een kogelgat door of naast een pleister, zoo wordt de pleister verwijderd, de kleefstof met benzine afgewasschen en beide gaten met één pleister dichtgeplakt. De pleisters moeten rond of ovaal en niet te groot zijn, bij het dichtplakken er op letten, dat zich geen zandkorrels onder den pleister bevinden. De pleister moet glad op den ballon zijn geplakt; ziet men vou wen, dan dient de bewerking op nieuw plaats te hebben. Hoe min der lucht de ballon tijdens het plakken bevat des te beter, de sluit- dop moet daarvoor steeds openstaan. Na 10 a 15 minuten kan de ballon weer opgeblazen worden. Ontsnapt er lucht uit een ballon, zonder dat men het gaatje kan vinden, zoo heeft men den ballon slechts in water te dompelen, om het gaatje te ontdekken. Het plakmiddel heeft de volgende samenstelling: 1 gewichtsdeel gummiafval, overgoten met 6 gewichtsdeelen benzine, levert na 18 uren, een dikke vloeistof, welke voor het gebruik met zooveel benzine vermengd dient te worden, dat de kleefstof met een penseel op den ballon is aan te brengen. Met vrucht kan als kleefstof ook gebruikt worden de „solution" der fietshandelaars. Vaststaande doelen. Bovenbehandelde doelen kunnen eveneens gevormd worden, door bijeenplaatsing van aan latten bevestigde schijven. Voor wat de artilleriedoelen betreft, wordt verwezen naar de figuren. G-eheele geschutschijf. Fig. 30.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 458