448 seriand èn Duitschland de Maxim in de laatste jaren in hunne legers ingevoerd. In Zwitserland toch werden 4 Maschinengewehr Kompagniën elk a 8 Gewehren toegevoegd aan de 4 cavalerie brigades, waar omtrent men o. a. leest „Les essais ont prouvé que la mitrailleuse Maxim restait supé rieure a ses concurrentes; aussi a-t-il été décidé qu'elle serait „l'arme des compagnies a créer. „L'acquisation de tout le materiel pré vu pour les quatre com pagnies coütera fr. 400.000 (40 mitrailleuses, 16 chars de mu nition, 4 chars de vivres, 4 forges de campagne)." In Engeland heeft men per bataljon infanterie en per regiment cavalerie 1 Maxim. Overigens hebben de Engelschen Maxims gebruikt bij de ex pedition in 1893—94 tegen de Matabelen, in 1895 tegen Chitral, en in de Niger en Sierra Leona expedities, wat o. a. blijken kan uit het werkje: „The Maxim automatic gun in action". De bij de Engelsche infanterie ingedeelde Maxims wegen 27 K.G., zij worden met één muildier bespannen en kunnen door één man bediend worden. Elke Maxim voert mede 14 patroonkisten, bevattende elk 250 tot laden gereed gemaakte patronen in de kist van de daartoe ingerichte affuit, onmiddellijk onder het kanon. Het in oorlogstijd aan elke cavalerie divisie toe te voegen bataljon bereden infanterie wordt eveneens uitgerust met 2 Maxims, welke door paarden getrokken worden. In het Duitsche leger zijn 21 bataljons uitgerust elk met 4 Maxims, waarvan men leest, dat zij zijn„placés sur un trai- „neau, qui lui-même se fixe sur une voiture. Pour lamiseen „batterie, le traineau est tiré a bras jusqu' a remplacement „choisi, la voiture restant a l'abri". Een uitstekende mitrailleur bij het Oostenrijksche leger in ge bruik bij de rijdende- en vesting-artillerie als model 93, moet zijn die van het stelsel Salvator-Dormus (Patent Skocla) 8 rn.M. Volgens de reeds aangehaalde Militaire Spectator bestaat deze vuurmond uit 45 deelen, doch is zijn grootste verdienste gelegen in de eenvoudige regeling van de vuursnelheid, waar-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 464