35
Ladysmith aanrukten, opende de bezetting dier stad het vuur
harer zware vuurmonden op den aftrekkenden vijand, 's Avonds
rukte de kolonel Knox met 2000 man uit Ladysmith langs den
spoorweg op tot het doen eener verkenning. Hij werd door
Botha's macht, op dat oogenblik verdeeld over de G-unhill,
Longhill en Pepworthhill, teruggedreven. Dienzelfden dag werd
door eene door Botha gedetacheerde afdeeling de kolenmijn
bij Elandslaagte vernield.
Den 2en leerden verkenningen uit Ladysmith gedaan, dat de
Boeren stelling hadden genomen in den van Reenenspas, aldus
den inmiddels voltooiden spoorweg Harrysmith-Kroonstad be-
heerschend, en in de Biggarsbergen waardoor ook de weg naar
het Noorden was afgesloten. Blijkbaar waren de aanvoerders
der Boeren er in geslaagd de door Cronjé's overgave ontmoe
digden te overtuigen, dat de zaak der republieken verre van
hopeloos was. Dat demoralisatie zich van het meerendeel der
belegeraars op 't vernemen van het succès der Britsche wapenen
bij Paardeberg had meestergemaakt, valt niet te loochenen en
men wil weten, dat het ontruimen van de stellingen om La
dysmith, wel verre van door hoogerhand bevolen te zijn, te
wijten was aan het op eigen gezag handelen van een der la
gere commandanten.
Den 3en kwam het bij den Pepworthhill tot eene schermut
seling tusschen de Boeren en eene verkennende afdeeling uit
Ladysmith. De Engelschen werden teruggeslagen. Ten Zuiden
van Ladysmith waren de Britten ijverig in de weer om de
kunstwerken te herstellen; dien dag kwam de Bulwerbridge bij
Oolenso gereed.
Den 5en werd in een krijgsraad door de Boeren bepaald, dat
Botha als luitenant-generaal voor Natal zou optreden, terwijl
Lucas Meijer, Schalk Burger, David Joubert, Daniël Erasmus
en J. Fourie tot divisie-generaals werden benoemd.
Den 6™ schoof Buller zijne macht voorwaarts langs den spoor
weg naar Harrysmith in de richting van den van Reenenspas,
terwijl het grootste gedeelte van de Britsche macht, 12000
man, naar het Oosten was getrokken en den 8en uit de richting
