37 omstreeks den 20en Maart uit twee evenwijdige linieën bestond, door 10.000 man bezet en met 16 vuurmonden bewapend was. Twee belangrijke commando's, elk ter sterkte van 3000 man, hadden post gevat respectievelijk bij Glencoe en bij Eenbooms- kop. De positie der Engelschen strekte zich op dat oogenblik uit van Acton Homes en Dewdrop in het Westen tot Elands laagte en de Zondagsrivier in het Oosten, met vooruitgeschoven detachementen in de richting van Helpmekaar en den van Reenenspas. Den 17™ ondernam commandant Oosthuijzen eene verken ning in de richting van Ladysmith, twee dagen later kwam de vliegende colonne Van Bethune in gevecht met de federalen bij Pomeroy en werd na vier uur stijd teruggeworpen. De Boeren bleven, meester van het terrein, deden den 21™ de kolenmij nen bij Dundee springen, verbrandden dien dag Pomeroy en legerden, om gedekt te zijn tegen eene omtrekking van hun Oostelijken vleugel, 5000 man op een heuvel nabij Dundee. Eene verkenning den 22™ door Oosthuijzen uit Glencoe ge daan, ontwikkelde zich tot een gevecht in de vlakte vóór Glencoe met de lansiers; Generaal Pretorius moest Oosthuijzen daarbij versterken. Na deze affaire trad weder een tijdperk van rust in. Buiier had het te druk met 't in gereedheid brengen van alles, wat in 't belang van de voorwaartsche beweging noodig was, de Boeren profiteerden van de gelegenheid om bij gedeelten met verlof te gaan, terwijl zooals we reeds mededeelden contingenten van beide partijen naar den Vrijstaat werden gezonden met 't oog op de gebeurtenissen in 't stroomgebied der Caledon. Eerst omstreeks den 8™ April kwam er meerdere bedrij vigheid in het kamp der Boeren en scheen het wel als of zij een tocht naar het Zuiden voorbereidden. Zwaar geschut werd opgesteld op den Knightshill en bij Wesselsnek, dus tot in de nabijheid van het Britsche kamp, terwijl patrouilles van daar uitgezonden herhaaldelijk op door de federalen geleg de hinderlagen stuitten. Men bedenke hierbij wel, dat de macht van Buller omstreeks dit tijdstip was vermindend met de divisie

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 51