4 bepaald is, dat de militaire kampongs, opgericht bij A. 0.1869 No. 71, geleidelijk moesten worden opgeheven. Dat vrouwenloodsen in kazernes noodig zijn, spreekt wel van zelfimmers, daar de ongehuwde vrouwen (huishoudsters) 's morgens gewoonlijk een uur na de reveille de ehambrées en kamers moeten verlaten, moet er voor hen gelegenheid bestaan zich op eene geschikte plaats op te houden tot het verrichten van allerlei noodige werkzaamheden, zooalstoilet maken. kokenr en andere werkzaamheden (verstellen van kleeding etc.). "Waar de loodsen niet voldoende groot genoeg zijn, ziet men de soldatenvrouwen gewoonlijk aan den publieken weg zitten,, waar zij op aanstootgevende wijze in bovengenoemde behoeften voorzien. Des namiddags (gewoonlijk 1/2 uur vóór het middag appèl) moeten de vrouwen wederom de kazerne verlaten en buiten blijven, totdat het eten door de manschappen gehaald- is; ook dan moeten zij een veilige schuilplaats hebben tegen zonneschijn en regen. Kortom, de noodzakelijkheid van vrouwen- loodsen staat buiten twijfel. Een andere vraag is echter, in hoeverre deze verblijven tot wering van venerische ziekten kunnen bijdragen, m. a. w., of het waarschijnlijk te achten is, dat door een geriefelijker en doelmatiger inrichting daarvan in deze heil te verwachten is.. Mij dunkt tegen de doeltreffendheid van den maatregel om dn soldatenvrouwen zooveel mogelijk van slecht volk afgescheiden te houden, door voor hen het verblijf in de vrouwenloodsen zoo- aantrekkelijk mogelijk te maken, is zeer weinig in te brengen. Want, natuurlijk zal het zoo min mogelijk in verleiding brengen van deze vrouwen in ieder geval tot beperking van de clandestiene- prostitutie kunnen bijdragen. Bovendien zal met het volgende rekening gehouden moeten worden Het is een der geliefde gewoonten der inlandsche huishoud sters om naar den passar te gaan, niet alleen, omdat zij daar noodzakelijk kleine inkoopen te doen hebben, maar ook om zich te vertreden. Ook bij de meest aantrekkelijke inrichting der vrouwenloodsen zal het passargaan blijven bestaan, maar daar entegen is te verwachten, dat het lange wegblijven der vrouwen uit de kazernes zal worden gereduceerd, indien een „hulppassar

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 570