87 zij kunnen medewerken tot langzamen overgang, maar men bouwe er geen regel op, of bezige ze niet om den regel te bestrijden. Zóó, waar meent, dat die gelijkstelling met Europeaan ongetwijfeld met groote dankbaarheid aanvaard zal worden en zeker aan het welslagen van den maatregel ten goede zal komen. Ik kan mij die gelijkstelling voor den Javaan niet denken zonder verzaking van zijn godsdienst, den Islam 1). Komt de gewezen inlandsche luitenant dan later, volgens***, als inlandsch ambtenaar bij het civiel bestuur terug, dan zal hij als afvallige mahomedaan in de mahomedaansche maatschappij misplaatst, ja onmogelijk zijn. Ook zullen bij de behoudende partij op godsdienstig gebied onder den Javaanschen adel niet weinigen zijn, welke in de gelijkstelling met Europeaan een gevaar zien, dat de populariteit van de nieuwe in stelling zeker schaden kan. Ik betwijfel daarom of de verplichte gelijkstelling (als zij niet verplicht is, wordt de gelijkheid niet bereikt) aan het welslagen van ons streven ten goede kan komen en ik verwacht, dat zij niet met dankbaarheid zal worden aanvaard, ook niet door het departement van binnenlandsch bestuur, dat, vol gens later met de afvallige inlandsche ambtenaren zou moeten werken. Ook hierin kan later, over vele, vele jaren verandering komen, b. v. als de Europeaan zonder bezwaar hier ook moha- medaan kan worden en voor de wet toch Europeaan blijven, of omgekeerd, maar ook daarop loope men niet vooruit. Zóó, waar schrijver in vervoering waarschuwt tegen intrige slechte geestontevredenheidverlies van opgewektheidijvertoewijding en zoomeer" als gevolg van de omstandigheid, dat de Europeesche officieren wat langer in den luitenantsrang en korter in den kapi teinsrang kunnen blijven, wanneer de inlandsche officieren het tot kapitein zullen kunnen brengen. Daarbij moet terstond als reden tot beteren geest, tevredenheid, winst aan opgewektheid, ijver, toewijding en zoo meer de aanmerkelijke verbetering in de bevordering tot hoofdofficier gesteld worden, die als gevolg van dien zelfden maatregel buiten kijf is, zooals ook erkent. De promotiekansen worden beheerscht door tal van factoren, veel 1) Artikel 109 van het Reglement op het beleid der regeering van Rederlandscb- Indië. Daarin is ook uitzondering op den regel, door den Gouverneur Generaal te ver- leenen, toegestaan, maar die is i. c. niet zoo eenvoudig te schenken, in verband met tal van andere artikelen, die den Javaan-mahomedaan, en toch gelijkgesteld met Europeaan niet kennen. (Zie vooral hoofdstuk IV en V).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 101