- 96 Evenzoo is de eerste zin van de 2e al. in strijd met de le al. wat betreft de doelen van knielende manshoogte, aangezien volgens die al. het vizier van 400 M niet mag gebezigd worden tot op den afstand van 350 M. Die le zin van de 2e al. is echter niet in strijd met het laatste deel van de le al. Verder blijkt, dat het eerste deel van de le al. in strijd is met den 2en regel van de 2e al., aangezien volgens de le al. op den afstand van 450 M. niet het vizier van 500 M. mag worden gebruikt. Zoo het de bedoeling van het voorschrift is, dat de le regel (tot op 350 M. het vizier van 400 M.) slaat op doelen van liggend-vurende manshoogte, dat de 2e regel (tot op 450 M. het vizier van 500 M.) slaat op doelen van knielende manshoogte, en dat de rest slaat op doelen van staande manshoogte, dan zou het wellicht wenschehjk zijn dit aan te geven. Zou het niet wenschelijk zijn in 84 ook de te gebruiken vizieren voor de afstanden van 650 M. tot 700 M.; van 750 M. tot 800 M enz. aan te geven, aangezien het met toepassing van de 3e en 4e al. van 77 voor de onderofficieren moeilijk is het juiste vizier te kiezen. In 97 (6e r. v. b. op blz. 78) wordt gesproken van „aanleggen en richten," terwijl deze paragraaf „De aanslag in de staande houding enz" behandelt. Bovendien hlijkt uit de le al. van 96 voldoende, dat bij de aan slagoefeningen van geen „aanleggen en richten" sprake kan zijn. "Wellicht is in stede van deze woorden bedoeld „in den aansla? brengen." O O Op blz. 78 (regel 10 en 11 v. owordt gesproken de trekker komt in de buiging van het eerste en tweede lid, Aangezien het waarschijnlijk de bedoeling is, dat de vinger zoo ver mogelijk om den trekker wordt gebracht, zou het misschien wenschelijk zijn achter 't woord „lid" te doen volgen „gerekend van af de handpalm". Het z. g. rukken is dan bijna niet mogelijk. Het schieten (ind.) is een der aangenaamste oefeningen voor de man schappen, doch de practijk leert, dat niets de lust tot 't schieten meer doet verflauwen, dan de theoriën enz., die op het schietterrein worden gehouden voor hen, die nog niet aan de beurt zijn om te schieten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 110