194
AANTAL
SCHOTEN
IN
de
in eene
de
in eene
de
in eene
groep.
richting.
groep.
richting.
groep.
richting.
1
0
13
4
25
9
2
1
14
5
26
9
3
1
15
5
27
10
4
1
16
5
28
10
5
2
17
6
29
10
6
2
18
6
30
11
7
2
19
6
31
11
8
3
20
7
32
12
9
3
21
7
33
12
10
3
22
8
34
12
11
4
23
8
35
13
12.
4
24
8
36
13
Natuurlijk is de samensteller van een schietvoorschrift niet
aan deze cijfers gebonden, hij behoeft ze slechts als leidraad te
beschouwen en kan met eischen van eenvoudigheid, practische
bruikbaarheid, enz. zooveel rekening houden als hem goeddunkt.
Zoo zou men bijv. kunnen voorschrijven, dat men bij het vuur
met een treffer, dan wel met overgenomen of vooraf bepaalde
opzethoogte, steeds groepen moet schieten van 3 schoten en bij.
het einde van iedere groep moet nagaan of het aantal schoten
in eenige richting minstens gelijk is aan y en hoogstens aan y
van het geheele aantal. Op die wijze handelt men vrij nauw-
1
