van den vijand eindigde, doch niet dan nadat de 6S" batterij een woordje had meegesproken. Het wil ons voorkomen, dat toen liet duidelijk was geworden, dat men op 's vijands stelling was -gestuit, eene omtrekking van 's vijands rechtervleugel, dus langs ■den Zuidelijken rand van kampong Maloë, door de tweede colonne niet alleen had kunnen bijdragen tot het bekorten van den strijd ■om de tusschen Maloë en Tjiloë opgeworpen redoutes, doch levens, en dit niet het minst, tot het wegdrukken van den vijand in Westelijke richting, waardoor het hem bovendien onmogelijk :zou gemaakt zijn rechtstreeks op Boni terug te trekken- Ware ■dan de voorste colonne onmiddellijk voortgerukt in Weste lijke richting, om, eenmaal Boni gepasseerd zijnde, zich naar het Noorden te richten, dan zou het voornemen om de Boniërs over de Panjoelarivier te jagen wellicht volvoerd hebben kunnen wor den. Zooals gehandeld is geworden gaf men den Boniërs tijd en gelegenheid zich te verzamelen en waren zij dus in staat hunne geheele macht de onze tegenover te plaatsen. Nadat na een scherp gevecht de vijand genoodzaakt was ge worden het meergenoemde défilé prijs te geven en de voorste ■-colonne in de vlakte voor Boni had kunnen deboucheeren, moest wederom hevig gevochten worden om de uit het Westen op dringende hoofdmacht terug te werpen. Eerst daarna kon tegen Boni stelling worden genomen. Toen de plaats niet bezet en door de Koningin reeds verlaten bleek te zijn, betrokken de onzen in hare nabijheid een bivak, terwijl de naast- bijgelegen kampongs aan de vlammen werden prijsgegeven. Yan de cavalerie is geen gebruik gemaakt geworden, althans niet op eene wijze als in de gegeven omstandigheden wensche- lijk mocht heeten. Toch had de kolonel Waleson zich blijkbaar veel van de werking van dat wapen voorgesteld, want bij het inwinnen van het advies der korpschefs over de mogelijkheid van een oprukken naar Boni in verband roet de gesteldheid van het terrein, had het oordeel van den cavalerie-commandant het meeste gewicht in de schaal gelegd. Bij den opmarsch was de ruiterij over de linkerflank ver beeld en had men haar niet de verkenning opgedragen. De aan vallende Boniërs werden door geschut en door geweervuur terug geworpen, maar niet door de cavalerie vervolgd.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 239