233
hebben zoolang in het rijk van Boni nog eene ons vijandige-
regeering zetelde, die alles regelde zooals dat haar goed dacht
Eindelijk toen de benteng voltooid was, werden de expedition-
naire troepen ingescheept en verlieten zij de Bonische kust. De
bezetting, die men achterliet was te klein om den Boniërs ontzag
in te boezemen, leed ontzettend en was binnen weinige maan
den in zulk een toestand van uitputting, dat zij zich niet zou
hebben kunnen verdedigen tegen een eventueelen aanval, waartoe
de vijand reeds plannen had gemaakt. De vestiging heeft echter
haar nut gehad, al moeten wij er onmiddellijk aan toevoegen, dat
men juist dat resultaatniet verwacht had.
Wij doelen hier op de aanrakingen, die de postcommandant,.
kapitein Rijkens wist te verkrijgen met Aroe Palakka. Van
toenadering van de zijde der Boniërs, zooals de Regeering zich
die had voorgesteld, geen spoor.
Alvorens van de le Bonische expeditie af te stappen, wenschen
we nog de verrichtingen der marine te bespreken zoover deze
al clan niet met de landmacht vereenigd is opgetreden.
Reeds te voren brachten we den lezers in herinnering, dat
den 19en Februari door den commandant der marine een tocht
werd gemaakt naar de monding der Tjenrana-rivier met het doel
de kampong van dien naam te verkennen, zoo mogelijk te nemen
en verslag uit te brengen of eene permanente vestiging over
eenkomstig de wenschen der Regeering, aan een der rivieroevers
mogelijk was. De landingsdivisie nam op verzoek van den com
mandant der scheepsmacht aan den tocht deel. Het succès door
de marine den 19en bevochten, was verre van onbeteekenend en
we kunnen niet dan met lof hare verrichtingen bespreken. De
hevige tegenstand door den vijand zoowel op als aan weerszijden
der rivier geboden werd gebroken, de verkenning der rivier wat be
treft bevaarbaarheid behoorlijk uitgevoerd. Geeft alzoo de operatie
zelve geen stof tot bijzondere op- en aanmerkingen, wel vermeenden
we op eene vorige bladzijde 's lezers aandacht te moeten vestigen
op 't feit, dat geen officier van het leger den tocht medemaakte.
Het doel der verkenning, de verzameling van gegevens omtrent
eene eventueele vestiging, was van zulk een belang, dat niets
verzuimd had mogen worden wat leiden kon tot de grootst