239 13e. Op ieder schip moeten een of twee lokalen, welke behoor lijk afgesloten kunnen worden, en dienovereenkomstig zijn ge meubeld, tot bureaux worden aangewezen. 14e. Op ieder schip wordt een verblijf tot ziekeninrichting aangewezen, berekend voor een sterkte van 21 a der te ver voeren troepenmacht, en dit verblijf voorzien van badinrichting en W. C. De zieken verblijven moeten goed verwarmd kunnen worden, en zoodanig gelegen zijn, dat zuivere lucht en licht kun nen toetreden. Ook moeten voor zoover de ruimte dit toelaat in het verblijf eenige zitplaatsen voor niet bedlegerige zieken, en een tafel wor den geplaatst. De voor de ziekeninrichting benoodigde hospitaalgoederen, (waschgoed) worden op verlangen van den docter door de ree- derijen uit den scheepsvoorraad verstrekt. 15". Aan de reederijen wordt opgedragen, hunne bijzondere opmerkzaamheid aan het zoo volkomen mogelijk maken der brandbluschmiddelen te wijden. Alle maatregelen, die tot red ding bij ongelukken kunnen dienen, moeten genomen worden een voldoend aantal booten, reddingsboeien, waaronder een licht gevende, bouwstoffen voor vlotten moeten zich aan boord bevin den. Voor ieder man van het transport moet een reddingsgordel aanwezig zijn. 16e. Door de reederijen zal gezorgd worden, dat aan boord van elk schip een stoombarkas of stoomsloep is, terwijl het stoomschip „Rhein" twee zulke scheepjes zal medevoeren. (Dampfbeiboote.) 17e. De vrije ruimte aan dek moet voorzien zijn van een zonnetent, en mag niet door het daar neerleggen van goederen of ingepakte voedingsmiddelen worden ingenomen. Zoo mogelijk moeten alle booten buiten boord hangen, en eene beschermende bekleeding tegen de uitstralende hitte aan de ketels worden aangebracht. 18e. Een voor het drogen van de door de manschappen ge- wasschen goederen voldoend aantal drooglijnen, wordt ter be schikking gesteld van elk transport. 19e. Er moet zorggedragen worden voor goede, en in voldoend aantal aanwezige W.C.'s, evenals voor het dagelijksch reini gen en ontsmetten derzelve.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 253