301 daarbij behoorende dobbelsteenen om eene beslissing te kunnen verkrijgen bij de verschillende zich voordoende gevallen. Het krijgsspel bleef tot 1873 in zwang, toen de toenmalige leeraar aan de krijgsschool te Hannover, Meckel, zijne „studiën over het krijgsspel" publiceerde. In dit werk noemt de schrijver de voordeelen op, die daaraan verbonden zijn. Deze zijn in 't kort: le. Men kan de troepen in hunne bewegingen volgen; men leert rekening houden met den toestand van het terrein. De officieren, die gedurende eene manoeuvre slechts weinig kunnen zien, tengevolge van de betrekking, waarin zij geplaatst zijn, kunnen zich nu een denkbeeld vormen van een gevecht in zijn geheelen omvang. 2e. De officieren krijgen groote vaardigheid in het schrijven van orders en bevelen, zooals deze behooren te zijn, nl. duide lijk en beknopt. Zij leeren niet meer orders te geven dan strikt noodig is, om verwarring zooveel mogelijk te vermijden. Zij leeren ook de gegeven orders te begrijpen, zelfs dan wanneer deze min der goed zijn gesteld. 3e. Zij leeren volgens de kaart hunne bevelen geven en dit zal hen in de practijk, waar het regel zal zijn, zeer te pas komen. 4e. Beslissingen nemen en daarmede gebruik maken van de kennis, die men bezit, wordt er door beoefend, terwijl men gaat voelen en beseffen, dat het zelden wenschelijk is van eene eens genomen beslissing af te wijken. 5e. De discussiën over de gehouden oefening zullen het ver stand scherpen. Bij de manoeuvres geeft de leider zijne opinie ten beste en de om hem heen gegroepeerde officieren hebben slechts te luisteren, zoodat het vormen van een eigen inzicht zoo goed als buitengesloten blijft. 6e. De lust tot studie wordt er door aangewakkerd. Ieder of ficier zal spoedig genoeg zien, welke leemten in zijne opleiding bestaan en deze trachten aan te vullen. Hij geraakt op de hoogte van de taak en den werkkring van de verpleging, treinen, munitie- aanvulling, enz. Hij leert het slaan van bruggen, het overtrekken van rivieren, het maken van versterkingen, enz. Meckel geeft in zijn werk aan, hoe het krijgsspel moet wor- Dl. II, 1901. 20

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 315