308 Ten einde te zorgen, dat de lust en de ambitie steeds bewaard blijven, is het noodzakelijk, dat de oefening een zoo kort moge lijk verloop heeft. De leider geeft aan beide partijen een overzicht van den toe stand, zooals bij zich dien denkt en aan ieder partij-commandant afzonderlijk de uit te werken opdracht. De partij-commandan ten maken thuis, schriftelijk, de noodige bevelen (dispositiën, instructiën of orders) voor de onderbevelhebbers en geven die aan de betrokken personen, die eveneens voordat de oefening begint de noodige bevelen opmaken. De besprekingen daarover mogen hoofdzakelijk slechts geschieden na afloop van de geheele oefe ning. Hierdoor is het mogelijk, dat bij de eerste bijeenkomst reeds kan begonnen worden met het opstellen der troepen op de kaart, met het vooruitschuiven van afdeelingen, enz. Ziet de leider bij de oefening, dat een onmogelijke toestand zou kunnen ontstaan tengevolge van gegeven bevelen, dan heeft hij het altijd in zijn macht om door enkele beslissingen, dezen toestand weer te veranderen, b.v. door aan de eene partij troepen toe te voegen, door een rivier ondoorwaadbaar, een terrein on doordringbaar te verklaren, enz. De leider moet dus steeds zor gen eenige troeven in de hand te houden om die te kunnen uitspelen, wanneer hem dit hoogst noodzakelijk voorkomt. Ook gedurende de oefening moeten besprekingen zoo weinig mogelijk plaats hebben, want dan kan deze een vlug verloop hebben. Evenwel zullen zij niet altijd geheel vermeden mogen worden. Dreigt b.v. eene oefening geruimen tijd te zullen duren, dan is het beter besprekingen over enkele punten onmiddellijk te hou den, zoodra zij worden behandeld. De indrukken zullen dan nl. bij de betrokken deelnemers nog versch in het geheugen liggen en de beteekenis van de verschillende opmerkingen zal beter in het licht kunnen worden gesteld. De veronderstellingen, die dienen moeten voor tactische oefe ningen op de kaart moeten in ons leger nu eens betrekking heb ben op den Europeeschen, dan weer op den inlandschen vijand, waardoor de officieren er geheel mede vertrouwd geraken, hoe zij tegenover ieder der tegenstanders zullen moeten handelen. Men moet beginnen met veronderstellingen te maken voor zeer kleine troepenafdeelingen (compagnieën) om daarna geleidelijk

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 317