332
voorop gesteld en ik ben overtuigd, dat hij, die de waarheid
daarvan niet voelt zich door de meer ondergeschikte motieven
toch niet zal laten bekeeren 1).
De weinige liefhebberij in de in Indië af te nemen examens
voor den Hoofdcursus te Kampen, de Cadettenschool te Alkmaar
en de Koninklijke Militaire Academie te Breda als bewijs te
beschouwen voor de overweging, dat de kinderen in Indië geen
levendig verlangen koesteren om officier te worden, behoeft nu
niet verder weerlegd te worden. De cijfers aangevende het
aantal in Indië geboren officieren van ons leger weerlegt die
bewering volkomen.
Rest de vraag: Waarom is die toeloop zoo gering, waarom
zijn de resultaten dier examens zoo beneden de verwachting
gebleven?
Mijn antwoord hierop luidt: omdat men getracht heeft op In
dië het spreekwoord toe te passen„een kinderhand is gauw
gevuld" en gemeend heeft die hand met ondeugdelijke geschen
ken te kunnen vullen.
Dat de Europeesche bevolking in Indië zich hoe langer hoe
meer de kinderschoenen ontwassen gaat voelen is een feit,
dat een ieder dagelijks kan waarnemen; moet dus nog bewezen
worden, dat meerbedoelde examens tot de ondeugdelijke mid
delen gerekend moeten worden.
Zooals uit de door mij verzamelde cijfers blijkt, bestond bij de
Europeanen in Indië geen meerder verlangen om hunne kinderen
op den Hoofdcursus in Nederland officier te laten worden, het
afnemen der cijfers van de Militaire School in Indië toch had
niet het toenemen der cijfers van den Hoofdcursus in Nederland
tengevolge. Waar dan ook het aantal aspirant-officieren steeds
beneden de 20 bleef, had men kunnen voorzien, dat de toeloop
naar de tegenwoordige Militaire School te Meester-Cornelis ge
ring zou blijven. Bovendien blijft het eene waarheid, dat, ondanks
de officiëele mededeeling, dat mag worden aangenomen, het ver-
1) Ook hier zou men de cadetten van de eerste studiejaren, wier ouders zulks
wenschen, het voorbereidend onderwijs voor de latere jaren elders kunnen later volgen
evenals dit in Nederland aan de cadetten der cadettenschool is toegeslaan (Reglement,.
C. S. art. 451.
