364 6e. De brigade-commandant zal zich aanvankelijk ophouden aan het hoofd der hoofdcolonne. De brigade-commandant. De om 11 uur ingekomen berichten brachten alleen verandering in den inhoud van punt 1, waarin die berichten werden opgenomen. Evenals alle bevelen, door den commandant van de Noordpartij ge geven, kenmerkt ook dit bevel zich door kortheid en duidelijkheid. Uit punt 3 blijkt, dat het de bedoeling is geweest om het open gedeelte van den postweg van paal 18 tot 500 M. ten Zuiden van paal 19, waarop voor een groot gedeelte vuur kon worden gebracht door een volgens de ontvangen berichten vermoedelijk tusschen paal 20 en 21 stelling genomen hebbenden vijand, te vermijden, zoodat de afwijking van den hoofdweg over dat ge deelte zeker te rechtvaardigen is. Punt 4 vormt eigenlijk eene instructie voor de zelfstandige cavalerie. Beter ware het m. i. geweest haar met punt 1 en 2 van het marschbevel in een afzonderlijk bevel op te nemen. De taak van de zelfstandige cavalerie had dan in punt 1 van het marsch bevel vermeld kunnen worden. Op den 21en Augustus om 4 uur v.m. kwam het gevechtsbevel voor de Zuidpartij bij den leider. Dit bevel luidde: Landhuis Tjimanggis, 21 Aug. 1901. 5 u. v.m. Detachementsbevel. Gevechtsbevel. 1. Onze cavalerie-patrouilles zijn gestuit tusschen paal 18 en 19 op vijandelijke cavalerie-patrouilles en op infanterie-afdeelingen, die posten hebben uitgezet op 500 M. bezuiden paal 16, op 400 M. N.W. van paal 16, en bij den driesprong van Soesoekan. 2. De achterhoede bezet een stelling te Tjisalak om daar zoo lang mogelijk stand te houden. Ten einde 's vijands opmarsch naar deze stelling zooveel mogelijk te vertragen, de verkenning van zijne cavalerie te bemoeilijken en hem te misleiden omtrent de hoofdstelling, zullen de hoofdtoegangen naar die stelling ten 6 uur v.m. bezet zijn: die van de terreinstrook Tjiboeboer Noord- Tipar Noord door eene compagnie van het 18de bataljon infanterie,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 380