- 365 waaraan voor de verkenning 8 cavaleristen worden toegevoegd,-, die van de terreinstrook Tipar Noord Sitoe Dongkelan door de kaderschoolcompagniedie van de terreinstrook Sitoe Dongke lan Tjiliwong door de 3de compagnie van het 18de bataljon in fanterie, waaraan eveneens 8 cavaleristen worden toegevoegd. De artillerie zal ten Zuiden van Sitoe Tipar geschikte stellingen zoeken, ten einde 's vijands opmarsch zooveel mogelijk te be moeilijken, terwijl de lste compagnie van het 18de bataljon infan terie daarbij in reserve blijft. De 2de luitenant der artilleriezal met 3 goed bereden ordonnansen eventueele troepenbewegingen op den weg Tjisalak- Babakan-Tapos-Pondok-Gede tijdig melden; de 3 overige cavale risten zullen den partijcommandant als ordonnansen dienen. 3. Voor overmacht terugtrekkende, zal zulks zooveel mogelijk in verband geschieden, voor de 2de en de kaderschoolcompagnie op de hoofdstelling, voor de 3de compagnie op het landhuis Tji- manggis. 4. De bevelhebber houdt zich op bij de artillerie. 5. De bagagetrein geheel gereed tot den afmarsch. Nadere bevelen bij landhuis Tjimanggis. De commandant der Zuidpartij. Hieruit blijkt dus, dat de commandant van die partij bijna zijn geheele macht had opgesteld in voorste linie en geen troe pen beschikbaar had om bedreigde punten te kunnen versterken.. In het bevel wordt verder gesproken van eene hoofdstelling, gelegen bij Tjisalak. De ingenomene was dus eene vooruitge schoven stelling, doch dit is moeilijk overeen te brengen met het feit, dat daarin alle troepen waren opgesteld. Tengevolge van den wensch van den partij commandant om alle hoofdtoegangen te bezetten, heeft de stelling eene kolossale uitgestrektheid verkregen in vergelijking met het gering aantal troepen, waarover beschikt kon worden en kon dus nergens eenige weerstand worden geboden. Dit is dan ook bij de manoeu vre zelf gebleken. Aangezien de Zuidpartij de opdracht had ontvangen om den vijand zoolang mogelijk tegen te houden, zonder zich evenwel te laten afsnijden of vernietigen, had ééne goede stelling moeten zijn gekozen, waarin aan de opdracht had kunnen worden vol-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 381