27 dingen, maar dat dan toch het algemeene belang de noodzakelijk heid medebrengt, dat hij lijdelijk opvolgt. Dat hij dit nog in het algemeen belang verplicht is zelfs dan, wanneer de meerdere zóó onvolmaakt, mocht zijn, dat hij diens bevel zou kunnen beschouwen als te zijn gegeven uit haat of nijd ten zijnen opzichte. Zóó moeten we den man lijdelijke gehoorzaamheid leeren, daar alsdan een zuiver omlijnd beeld hiervan in zijne ziel wordt opgenomen. Dat beeld zal alle andere te voorschijn tredende beelden moeten verdringen, zoodra van lijdelijk opvolgen quaestie is. Behoeven we nog te zeggen, dat dit onderricht het eerste is, dat den man moet worden gegeven? Terecht staat er, dat de krijgstucht de opvoeding lijdelijke gehoorzaamheid tot grondslag heeft. Nu, met den grondslag dient men te beginnen, anders vindt al het later geleerde geen steun. Eenige practische oefeningen voor afwisseling, maar overigens is in de eerste maand het ondei wijs in lijdelijke gehoorzaamheid en orde hoofdzaak. Al het andere is dan bijzaak; het leeren van rangen en graden, het salueeren, enz. enz., het zijn futiliteiten vergeleken bij het onderricht in dat gene, wat als grondslag moet dienen, n.l. lijdelijke gehoorzaamheid en in datgene, waarin de geheele opvoeding de krijgstucht bestaat, n.l. orde. En behalve dat dit de eerste maand hoofd zaak is, blijft het steeds voor de geoefenden een onderwijs van groote beteekenis. Vooral voor hen, die blijken geven deze beide militaire deugden nog niet voldoende te bezitten, is het noodig dit onderwijs te herhalen. Uit lijdelijke gehoorzaamheid en orde vloeien voort: tevredenheid en opgewektheid voor het soldaten- gemoed; eerbied en achting voor den meerdere en den dienst; verzaking van eigen wenschen en bedwinging van begeerten, neigingen en hartstochten. Wel de moeite waard, naar wij meenen, om er bij de opleiding van den man ernstig naar te streven, dat deze deugden goed worden onderwezen, en dit wel in het belang van Leger en man beide! Wij zouden dit opstel hiermede kunnen eindigen, ware het niet dat we ons verplicht rekenen enkele punten nader toe te lichten. Zoo heeft men kunnen opmerken, dat we het steeds over den officier als opvoeder hadden. We deden dit met opzet, omdat,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 39