396
Bij bovenstaand staatje is de 50 °/0 dieptespreiding op 600
en 700 M. gesteld op 75 M. ingevolge 52: Het schot en de
vuuruitwerking. Op de verdere afstanden is die spreiding op
50 M. genomen, zoodat boven de 1200 M. de opgaven nog ge
flatteerd zijn omdat daar de Sd5o veel kleiner wordt. Verder
moet men in het oog houden, dat gerekend is op een dichtheid van
bij twee vizieren, op bij drie vizieren en op bij vier vizieren enz.
Zelfs onder deze omstandigheden is de regeling der vizieren
veel te samengesteld en niet geschikt voor de practijk. Bij de
meeste afstanden is bovendien de strook, die onder werkzaam vuur
gehouden wordt, kleiner dan van den geschatten afstand.
Aanmerkelijk eenvoudiger zou de zaak worden als wij rekening
hielden met een grootere spreiding (of kleinere fouten in het
afstanden schatten). Onze meening is dan ook, dat men gerust
met grootere spreidingen rekening kan houden.
Geeft men toe, dat de Sd60 grooter genomen kan worden, dan
kan men ook de vizieren gerust verder uitelkander leggen en
zou men tot den eenvoudigen regel komen:
le. Boven de 800 M. steeds twee vizieren met 200 M. verschil.
2®. Boven 1200 M. steeds drie vizieren met 200 M. verschil,
zorgende het vizier voor den geschatten afstand in het midden
te houden.
Wanneer men hier tegenover wil stellen, dat te velde de
spreiding zoo groot zal zijn, dat het niet noodig zal wezen met
twee vizieren, die 200 M. verschillen, te vuren, dan kan ik daarop
antwoorden, dat juist de groote spreiding de nadeelen verbonden
aan de keuze van twee ver uiteen gelegen vizieren neutrali
seert. De Fransche Inf. gebruikt tot 1000 M. één vizier, daar
boven echter twee 200 M. verschillende vizieren. Generaal
Langlois merkt op, dat het met het oog op de groote fouten
van het afstandschatten en de groote spreiding aan te bevelen
is de vizieren 300 M. te laten verschillen.
Y.