MITRAILLEURS BIJ DEN TROEP. Vervolg van blz. 461 en slot. Over de wijze van gebruik, n. 1. a. in massa onder leiding van den troepencommandant, b. in kleine afdeelingen gesplitst en toegevoegd aan de batal jons en eskadrons, c. gecombineerd als onder a en bestaan nog geen voldoende gegevens, zoodat voorloopig moei lijk te bepalen is, wat de voorkeur verdient, en dus, om een oor deel te kunnen vormen, gewacht zal moeten worden op onder vinding, welke alleen bij groote manoeuvres kan worden opge daan. Totdat die ondervinding is verkregen, hebben wij dus reke ning te houden met drieërlei organisatie, n.l. le. van de bataljonsmitrailleurs, 2e. van de eskadronsmitrailleurs en 3e. van de bijv: te noemen, brigademitrailleurs; de eersten organiek tot de bataljons en eskadrons behoorend, de laatsten ter beschikking van den brigadecommandant, en dus ook zoo- noodig aan de bataljons (eskadrons) toe te voegen. Het toevoegen van mitrailleurs aan den troep is noodig 1) om dezelfde redenen, die er Gustaaf Adolf, Frederik II, de eerste legerbevelhebbers der Fransche republiek, Napoleon in Italië, in Egypte en na 1809, toe brachten om de „artillerie régimentaire" in te voeren, n.l. om de onvoldoende kracht aan te vullen, wel ke ontwikkeld kon worden tegenover een sterkere tegenpartij. Was dat bij de genoemde legers noodig wegens de vele ver liezen aan veteranen, bij ons is dit het geval wegens de geringe getalssterkte aan Europeanen, de minderwaardigheid van het paai" denmateriaal en de geringe totale sterkte der cavalerie. De taak 1) Aan de op dit oogenblik in Petschili optredende Russische troepen (12 batons 5 eskons., 44 vuurmonden) zijn 8 mitrailleurbatterijen toegevoegd. Mil. Wochenblatt. No. 2. 1901. Dl. II, 1901. 3

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 45