442 Uit de genomen maatregelen kon de leider m.i. zeer terecht tot de overtuiging komen, dat, waar beide partijen tot taak hadden elkaar op te zoeken (al kon de Noordpartij dit op een andere wijze doen dan de Zuidpartij) een gevecht onvermijde lijk zou zijn. De afmarsch der beide partijen had op het vastgestelde uur plaats. De leider, die den weg volgde, welke de Noordpartij zou nemen, ontdekte evenwel geen cavalerie der Zuidpartij, zoodat het geen verwondering baarde, toen om 8 uur v.m. een der scheidsrechters dien hoofdofficier bij kampong Tjilangkap Zuid mededeelde, dat de voorhoede der Zuidpartij reeds ter hoogte van paal 24 was gekomen. Immers, deze partij verkeerde door het uitblijven van berichten omtrent 's vijands bedoelingen in de meening, dat de tegenpartij zich niet ophield ten Oosten van den grooten postweg en dacht dus haar op dien weg zelf te zullen aantreffen. Onmiddellijk werd nu aan den commandant het bericht ge bracht, dat cavalerie-patrouilles hadden gezien, dat de geheele vijandelijke hoofdmacht marcheerde over den karreweg van Sin- dangkarsa naar het landhuis Tjimanggis. Aangezien nu niet was' uit te maken, of de commandant der Zuidpartij met zijn geheele macht den vijand in den rug, in de flank of in front zou aanvallen, moest de Noordpartij zóólang werkeloos blijven tot nadere berichten zouden zijn ingekomen. De leider reed daarop terug naar die partij, waarvan de voor hoede reeds ter hoogte van Djatidjadjar was gekomen en liet den voorhoede-commandant mededeelen, dat de weg ter hoogte van Tjilangkap Noord onbruikbaar was en door eene (veronder stelde) afdeeling in orde werd gemaakt. Die herstelling zou-3/4 uur duren. Ook bij deze partij was men in het onzekere, waar de vijand zich bevond, omdat de zelfstandige cavalerie geen juiste berichten had gezonden. Dit wapen had weder, evenals den vorigen dag, zeer goed verkend, doch omtrent de resultaten te weinig mede gedeeld. In een harer berichten meldde zij gestooten te zijn op de reserve van de Zuidpartij, waardoor zij haar brigade-comman dant in den waan kon hebben gebracht, dat die partij eene stel ling had ingenomen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 460