690 Dahomey-expeditie, waar men hiertoe zelfs het tactisch verbapd verbrak. Ook in Tunis bezigde men eenigen tijd „compagnies mixtes." Het spreekt van zelve, dat niet alleen de samenvoeging met Europeanen of Amboineezen den inlander tot een goed soldaat maakt. Ook het oefeningstelsel moet gemoderniseerd worden naar de uit den laatsten oorlog getrokken tactische lessen niet alleen doch ook naar de door ons te Atjeh (Marechaussee) ver kregen betere tactische inzichten, welke het individu meer op den voorgrond plaatsen. Taalstudie is daarom voor onze officieren een eerste ver- eischte, doch ook zoude ik wenschen minder gereglementeer en meerdere zelfstandigheid, vooral verantwoordelijkheid der pelo tonscommandanten. Ik bedoel natuurlijk geene geldelijke of administratieve verantwoordelijkheid, doch het verantwoordelijk stellen van den pelotonscommandant voor de oefening van zijne menschen, voor de vaardigheid in het schieten, in het mar- cheeren, in den dienst te velde. De tijd van recruten-, compag nies-en bataljonsschool, van brigadeschool op het Koningsplein ligt immers achter ons. Het exerceeren moet middel zijn en geen doel. De gemengde compagnieën zooals ik die mij voorstel zouden geformeerd zijn als volgt: 1 Sterkte RANG OF GRAAD. bij in Kapiteins 1 1 Luitenants of als zoodanig dienstd. 2 3 Sergeanten-maj 4 4 Sergeanten Eur. of Amb 8 8 Sergeanten inl 9 9 Flankeurs le kl 16 18 Flankeurs 32 40 Fuseliers 80 96 Hoornblazers (inl.) 2 2 mobilisatie. garnizoen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 714