694
zoo niet in een en hetzelfde dan toch in nabijgelegen garni
zoensplaatsen wordt gelegerd.
De veelzijdigheid der oefeningen der genietroepen maakt eene
legering in één garnizoen noodzakelijk. Echter moet natuurlijk
de opleiding der compagnieën zoodanig geregeld worden, dat
gedurende den tijd der groote brigade- en divisie-manoeuvres per
brigade een vast peloton daaraan deelneemt.
Over eene formatie der depots heb ik te weinig ondervinding
om mijne denkbeelden te durven stellen naast die van den be
kwamen schrijver, die mij aanleiding gaf tot het schrijven van
dit opstel. De garnizoen stroepen zoude ik willen organiseeren
als de veldinfanterie, die los van bentings, forten en posten zouden
moeten optreden als de marechaussee divisiën in het thans
bevredigde gedeelte van Atjeh. Ook de Vorstenlanden zouden
zulk eene afdeeling moeten bezitten. De verminking van 2 onzer
schoonste veldbataljons zooals tegenwoordig geschiedt, wordt door
niets gewettigd.
Koeta-Radja, 204—'01.
S. H. SCHUTSTAL V. WOUDENBERG.