200
en andere huishoudelijke bezigheden. In den aanvang komen
al die kinderen te Magelang, waar de zuster van van der Steur,
bijna zonder inlandsche hulp, hen opvoedt, tot zij ongeveer hun
12e jaar bereikt hebben, daarna worden hen de verschillende
ambachten geleerd.
Yoor een 25 a 30 meisjes van goeden aanleg is nu reeds een
gesticht: „Bethanië" te Soekaboemi opgericht, terwijl in de
Kedoe een erfpachtsperceel, groot 284 bouws, genaamd „Gam-
bang Waloh" de gelegenheid schenkt om 20 jongens, die niet
heel vlug van begrip zijn, op te leiden voor landbouwer. Het
voornemen bestaat hun later een gedeelte van den verwerkten
grond in eigendom te geven, waardoor men hoopt, dat die jongens,
man geworden, zich daar zullen blijven vestigen en een land
bouwerskolonie zullen stichten.
Bij de inrichting te Magelang behooren verder een schoen
en kleermakerij. Het is de bedoeling van van der Steur om,
zoodra de financiën het toelaten, ook eene smederij, een tim-
merwinkel en een zadelmakerij op te richten.
Uit een en ander blijkt, dat voor deze zoo nuttige inrichting
veel geld noodig is. Het rijk geeft f 6000.— subsidie, maar
bovendien moest van der Steur in 1900 van zijn jaarlijksch in
komen groot f 1800.—, nog f 1299.33 bijpassen om de ontvang
sten met de uitgaven te doen kloppen.
Het is dus dringend noodig, dat meerdere hulp verleend wordt
en in de eerste plaats moet dit, naar mijne meening, komen
uit de officierswereld, die zelf indirect veel belang heeft bij het
■voortbestaan van deze vereeniging. Immers, wij, officieren,
moeten toonen het goede voor te hebben met onze soldaten.
Daardoor winnen wij hun vertrouwen en met dat vertrouwen
hunne genegenheid.
Laat ons dus allen beginnen een steentje bij te dragen tot de
voortdurende vestiging van die instelling. Een enkele mededeeling
aan den heer van der Steur, dat wij maandelijks ƒ0.50 (of meer)
willen afzonderen en dat dit bedrag eens per kwartaal per post-
quitantie is te innen, is daartoe voldoende. Wij behoeven ons
geen oogenblik ongerust te maken over de goede belegging van
ons geld. De namen der leden van de commissie van bijstand
in den arbeid van den heer van der Steur, gevoegd bij de namen