"V A. ~R I Hetwelk doende. De meeste rekesten dragen tegenwoordig het onderschrift hetwelk doende". Niemand begrijpt hiervan de beteekenis en is het zoo gesteld dan ook eigenlijk non sense. Wil men in den goeden vorm schrijven dan moet dit onderschrift luiden „hetwelk doende enz." Wat is toch het geval? Onze meer puriteinsche voorvaderen eindigden hunne verzoekschrif ten met de clausule „hetwelk doende zal ondergeteekende voor u bidden", zooals uit oude stukken nog is na te gaan. Dit „bidden" heeft het nageslacht naar het schijnt wel een beetje eigenaardig gevonden en werd het toen met de vier voorgaande woorden langzamerhand vervangen door „enz." Opgenomen onder de oudste helft sedert de laatste opgave. Infanterie. De kapiteins: W. H. F. A. de Tourton Bruijns; C. G. II. Krapels; H. P. Hesselaar en J. F. Cornelius. De lste luitenants: J. van den Berg; K. P. Doornbos en M. J. C. W. van Ylierden. Cavalerie. De ritmeester: C. W. van Haaff. De le luitenant: H. C. de Waal. Artillerie. De kapiteinE. Lankhout. De le luitenant: M. van Welie. Militaire Administratie. De le luitenant: H. K. A. Hamakers. Geneeskundige dienst. De militaire paardenarts der 2de klasse: W. van der Burg.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1901 | | pagina 735