Ill Ook thans blijft dit betrag ongewijzigd, maar toen de ondergeteekende dit jaar gesteld'werd voor de vraag om nog f 73.000 meer voor de ge- heele stelling uit te trekken, namelijk 40.000 tot voorbereiding van de oprichting in oorlogstijd van drie kleine werkjes in tweede linie en 33.000 voor telegraafaanleg, heeft hij niet geaarzeld om die uitgave op de be grooting te brengen, omdat de aldus met betrekkelijk geringe middelen te verkrijgen verbeteringen van de stelling door de Indische regeering niet gevorderd werden dan nadat de Gouverneur-Generaal, wiens ante cedenten in dit opzicht een bijzonder gewicht in de schaal leggen, het terrein van den batterijbouw persoonlijk bezocht had. De ondergeteekende meent zijn oordeel over de mogelijkheid om de artillerie in de buitenbezittingen in te krimpen dat men ze geheel van geschut zou willen ontblooten is hem niet gebleken te mogen opschorten totdat hem de uitslag zal zijn bekend geworden van het te dier zake thans in Indië aanhangig gestelde onderzoek. De hierbedoelle verdedigingswerken zijn niet bestemd om uitsluitend de belangen van het moederland te d enen en het is inderdaad niet mo gelijk onder cijfers te brengen in hoever zij geacht moeten worden af zonderlijk van beteekenis te zijn voor de belangen van het moederland en van de kolonie. Bovendien bestaat voor opzettelijke splitsing, ook al wilde men daartoe in beginsel overgaan, hier te minder aanleiding, om dat een groot deel van de bewapening der b ïtterijen immers al de kanonnen van 17 c.M indertijd is aangeschaft geworden ten laste van het Vide hoofdstuk der Staatsbegrooting en thans met de munitie koste loos do >r het Departement van Marine beschikbaar wordt gesteld. Het moederland deelt derhalve reeds in de k .sten van de meerbedoelde de fensiewerken. Het ligt niet in de bedoeling vaii de Regeering de verdediging der buitenbezittingen geheel onvoorbereid te laten. Of daarvoor en speciaal voor de verdediging van de Emmahaven en Poeloe-Weh nog bijzondere gelden zullen moeten worden aangevraagd, kan de ondergeteekende voors hands niet bepalen, vermits het te dier zake met de Indische regeering geopende overleg nog niet is afgeloopen. Nu de Volksvertegenwoordiging ten vorigen jare de uitzending van twee mobiele snelvuurbatterjjen heeft gevoteerd (één veld- en één hergbat- terij), welke batterijen reeds in den aanvang des volgenden jaars in Indie kunnen worden aangevoerd, zou het inderdaad zeer te betreuren zijn, indien deze zoo dringend gevorderde verbetering van de bewapening der artillerie niet krachtig werd voortgezet, en met zoodamgen spoed, dat de met de invoering van dat geschut verband houdende voorgenomen reorga nisatie van het wapen der artillerie een voldongen feit kunne worden,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 127