150
autoriteiten, maar een logisch gevolg van omstandigheden, die
nog aanwezig zijn en, voorloopig althans, wel aanwezig zullen
blijven.
Ik behoor tot degenen, die beslist de opleiding van alle voor
dit leger bestemde officieren in Nederland levendig toejuichen,
omdat ik het niet alleen goed, maar ook noodig vind, dat de N. I.
officier van nabij kennis maakt met de Nederlandsche toestan
den, dat hij eens op straat en in het geheéle publieke leven
voelt, dat in dezen cynischen tijd één gevoel onaangetast is geble
ven de innige verknochtheid van ons kleine volk aan zijne geëer
biedigde Koningin. Dan zal het hem, die dit nog niet wist, duidelijk
worden hoe Koningin en Vaderland de leuze Aan zijn, waarvoor
men alles veil heeft.
De heer Bense heeft wel zoo iets gevoeld, al geeft hij blijk
van bedenkelijken twijfel op blz. 326, laatste zin der eerste ali
nea. Maar nu vraag ik in gemoede: hoe is het mogelijk tegen
eene opleiding in Nederland te pleiten, maar een voorstander te
zijn van het detacheeren van hier opgeleide officieren naar het
moederland in hun eersten officiersdiensttijd, waarin de eigenlijke
vorming, goed opgevat, moet voltooid worden Ik vind dit in
hooge mate onlogisch, en zie liever den jongen officier al dadelijk
met de noodige Europeesche denkbeelden toegerust en geheel tot
dit leger behooren. Ook in dit opzicht geen schijntje van een
fusieEveneens sta ik de meening voor, dat goede vormen en
beschaving meer invloed hebben op jeugdige menschen dan op
degenen, die reeds eene positie hebben en dus vanzelf zullen mee-
nen in dit opzicht aan alle te stellen eischen te voldoen, in elk
geval minder onder controle staan en minder gemakkelijk op dit
gebied iets zullen aannemen om de eenvoudige reden, dat het
veel moeielijker is een officier dan een aspirant-officier op fouten
dienaangaande te wijzen.
Een leelijk ding voor de voorstanders van eene opleidings
school, als hierbedoeld, is altijd de weinige animo, die er bestaat,
om zonder noemenswaardige concurrentie, hier te lande deel te
nemen aan de examens voor de Nederlandsche officiersopleidings
scholen. Om dit weg te redeneeren heeft de geachte schrijver
eurieuse betoogen tot zijne beschikking, en gaat zoowaar cijfers
noemen. Maar odie cijferso1' art de grouper les chiffres