186 tijdschriften wijzen op den totalen ommekeer in de tactiek, voor zooverre mij bekend, slechts sporadisch de compagnies comman danten kunnen worden aangewezen, die afwijken van de oude sleur in het oefeningsstelsel en die zich met practischen zin toe leggen op de beoefening' van het toekomstgevecht, railleerend genoemd het „Boertje-spelen." (Zie ook mijne „Wenken voor de practijk" jaargang 1900 aflevering 7). In alle geschriften wordt er op gewezen, dat thans veel meer dan vroeger van den enkelen man zal moeten worden gevergd, maar, waar aan zijn moreel hoogere eischen moeten worden gesteld 166 Reglement Infanterie), moet hem ook door opvoer van de juistheid van schieten het vertrouwen in eigen kracht gegeven worden. Waar bij aanvallen, zoowel als bij verdedigen, gestreefd wordt naar oplossen, naar uitbreiden, naar omvatten, mag men het juistheidsschot niet achteruit stellen en daarvoor in de plaats geven een vooruitschieten, om zoodoende eene gevaarlijke zone te vormen. De gevaarlijkheid van die zóne is bij onze in getal sterkte zoo zwakke troepen zoo gering, dat men, dit nagaande, zou schrikken van het weinigje kans, dat de vijand zou loopen getroffen te worden. Dat bij de grootere legers een dergelijk streven mogelijk is, soit, m.i. is het echter ook daar uit den tijd en dat von Moltke heeds in 1861 eene dergelijke uitspraak deed, (bl. 71 van het artikel), kan er, naar het mij voorkomt, slechts op wijzen, dat het nu tijd wordt er mede te breken. Ook de dichte tirailleurlinie, waarvan sprake is op bl. 76, houdt geen rekening met onze toestanden, waar elke ophooping van menschen ernstig moet worden tegengegaan tot sparing van onze krachten. De bespreking van het voordeel van karabijnbewapening voor onze infanterie is in dit verband ook niet juist, want kortere wapens zijn ontegenzeggelijk nadeelig voor het verkrijgen van een resultaat bij mechanischen aanslag. Overigens juich ik het ten zeerste toe, dat weer eens, zij het ook terloops, eene lans gebroken wordt voor een lichter geweer. Voornamelijk moet ik echter opkomen tegen de redeneering

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 216