n 0,0892 0,2054 0,2946 Se0 r2 =0,5050 0,2054 0,2996 Sso of gemiddeld 0,2971 Ss0. Uit dit voorbeeld blijkt alzoo, dat afgezien van de omstan digheid, dat de wetten der foutentheorie niet volkomen door gaan de drie methoden tot dezelfde uitkomsten leiden. Bij de eerste vonden wij voor r een bedrag van 0,2985 <Ss0, bij de tweede en de derde respectievelijk een gemiddeld bedrag van 0,2989 en 0,2971 Sso. Ten aanzien van de uitkomsten is het dan ook vol maakt onverschillig welke rekenwijze men volgt; theoretisch zijn zij alle drie even goed, zoodat men enkel behoeft na te gaan welke uitvoerbaar is, en zoo zulks met meer dan een het geval mocht zijn, welke het meeste gemak bij de uitvoering oplevert. In het besproken voorbeeld bestond de groep slechts uit 3 scho ten, maar men kan zich gemakkelijk overtuigen, dat de uitkom sten bij grootere groepen nog minder verschillen. Gelijk wij reeds hebben aangestipt, leiden de vraagstukken, die op de resultaten van het vuur met meer dan een opzet- hoogte betrekking hebben, tot zulke wiskundige moeielijkheden, dat men zijne toevlucht nemen moet tot benaderde voorstellin gen. Als de eerste en algemeen gebruikelijke moet als zooda nig worden vermeld de veronderstelling, dat alle liggingen van het gemiddelde trefpunt a priori even waarschijnlijk zijn. Dat deze veronderstelling feitelijk geheel onwaar is, behoeft ternau wernood betoog. Immers: steeds wordt vóór den aanvang van het vuur de afstand van het doel, hetzij door schatting, hetzij met behulp van kaarten of op eenige andere wijze, gemeten. Het doet nu tot de zaak feitelijk niets af of deze meting nauw keurig is of niet, het resultaat der gehouden meting of schat ting is en blijft a priori de waarschijnlijkste afstand, en de kans, dat men bij deze schatting of meting een fout 0 zal ma ken is volgens het grondbeginsel der foutentheorie gelijk aan jl H2 z2 Wz— _e dz. Eene ligging is des te onwaarschijnlij ker ker, naarmate zij meer van de geschatte afwijkt. Schatten wij den afstand tot het doel bijv. gelijk 1500 M., dan is het duidelijk, dat een vuur met de opzethoogte voor dien afstand in elk geval meer kans op succes zal hebben, dan een met de opzethoogte

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 23