388 organisatie het wenscht. Is dit om een reden tot indeeling der compagnie in 3 sectiën te hebben, zonder te behoeven te- bewijzen, dat deze bij vreemde legers in gebruik zijnde indeeling beter is dan de onze? In punt 3 zijn een viertal vragen aangegeven, die blijkens- punt 4 den Comp. Commandant gedurende den marsch van het kampement naar den O. rand van Tjampaka poetih gesteld wor den. Het stellen dezer vragen acht ik evenwel onnoodig, nu het blijkbaar eene oefening in het terrein geldt, daar het dan veel beter is, die bewegingen te doen uitvoeren en na te gaan of daarbij behoorlijk rekening gehouden wordt met het terrein en de omstandigheden. Blijkens de in punt 14 (blz. 92) gemaakte opmerking is S. dit ook met mij eens. Wil men echter een officier eene opdracht op de kaart doen uit werken, dan verdient het stellen dezer vragen zeker aanbeveling.. Omtrent de beantwoording daarvan valt aan te teekenen: ad. a. 3 ordonnansen en 1 hoornblazer bij den Comp. Com mandant is minstens een ordonnans te veel. ad. b. De troep is wel wat erg versnipperd; eerst een groep (11 man) als spits, op 100 M. daarachter 2 groepen, op dien zelfden afstand volgen weer 2 groepen, dan de koelies gedekt door een groep, en op de rechterflank (op 100 M.), twee groepen met een onderlingen maximum afstand van 100 M. en op 50 M. daarachter de 3e groep. M.i. had volstaan kunnen worden met een groep der 3e sectie op de rechterflank te detacheeren, die bij het Noordwaarts afbuigen van de compagnie bij de achter hoede (treindekking) had kunnen aansluiten; ad. c. Of de gekozen bivouakplaats beter is dan de Z.O. waarts daarvan gelegene, is volgens de kaart moeielijk uit te maken. De aanleuning aan kampong Rawa kebo (N.O.) blijft een nadeel,, terwijl de ten W. van Baroe gelegene door bamboestoelen omge ven ruimte het voordeel heeft, dat zij ten N. en O. direct aan eene moeielijk te overschrijden hindernis, de Bandar Baroe, grenst, aldaar het terrein tot 100 M. open is, terwijl dat ten Z. en W. geheel open is (verg. ook het in punt 12 gegeven antwoord op de in 9 sub 2 gestelde vraag). ad. d. De aan het slot dezer vraag vermelde inrichting van het bivouak acht ik minder goed. Niet alleen toch is het aantal

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 422