1
415
fout mag zijn, doch dit bedrag wordt reeds bij 3000 M. zeer ge
ring, en juist op grooten afstand wordt de afstandmeting zoo
onnauwkeurig.
In de Mittheilungen aus dem Gebiete des Seewesens 'van 1900
No. 5 komt in de beschrijving van het toestel van „Barr and
Stroud" voor, dat de fout in afstand evenredig toeneemt met
het vierkant van den afstand, zoodat aldaar wordt aangetroffen:
Op een afstand van 900 Meter is de gemiddelde fout °/0 2 M.
2700 „1 °lo 27
5500 2 °/0 110
Nemen we als meest waarschijnlijke fout bij het meten van
den afstand door middel van de kimduiking met den sextant
uit de mast van een vaartuig, een fout aan van 20 in hoek,
dan krijgen wij voor de waarschijnlijke fout in afstand door de
methode van sextantmeting voor verschillende ooghoogten de
getallen van onderstaande tabel:
Sextant-meting: Waarschijnlijke fout in den gemeten afstand
AFSTAND
Hoogte van het oog van den waarnemer
boven het water:
METERS.
10 Meter.
15 Meter.'|20 Metei\25 Meter.
30 Meter.
1000
11
7
5
4
3,5
1500
25
16
12
9
8
2000
50
28
22
17
14
3000
100
67
50
36
31
4000
160
111
78
67
53
5000
200
150
114
91
73
Voor den afstandmeter van Watkin heeft men als gemiddelde
fout, bij meting op een bewegend doel op afstanden van 3500 tot
6000 Meters (proeven te Ymuiden in 1891 genomen), het zeer
geringe bedrag van 24 Meter gevondende maximum fouten wa
ren 29 en 37, de hoogte van het instrument bedroeg 21 Meter.
Heeft men dus een vaste hooge opstelling en kan men het
instrument goed beschermen, dan is zeer zeker deze afstandmeter
het zuiverst, en verdient verre de voorkeur boven den sextant
IN
