425 gebruik gemaakt mag worden zoowel van de schijf van 6X6 Meter, als van die van 2 X 3,17 Meter. Dit zijn de twee schijven, die voor het schijfschieten bij de Marine zijn voorgeschreven. Door deze twee schijven tot één geheel te vereenigen, blijven de bepalingen voor prijzen, door commandeurs te behalen, geldig en bereikt men tevens het hoogst nuttige oefenen door richten op een klein doel. Die schijf wordt op Plaat XI in figuur 3 aangegeven. Een volle schijf van wit zeildoek, 6 Meter hoog en 6 Meter breed, hierop een verticale en horizontale zwarte band van 1 dM. breedte, welke het vierkant in 4 deelen verdeeleneen vierkant van 4 en een van 3 Meter zijde worden ingelijks aangegeven door zwarte banden van 0,5 cM. breedte; op deze schijf is de torpedobootschijf grijs geschilderd en wel zóó, dat de figuur boven raakt aan het vierkant van 3 Meter zijde en dat de waterlijn 0,5 Meter onder het midden der schijf komt. Dit is met opzet gedaan en wel om den schutters van meet af er aan te gewennen, niet op de waterlijn te richten, maar iets daarboven, en wel op 1/4 der hoogte van de schijf. Dit is bepaald noodig om de tref kans zoo groot mogelijk te maken. Herinneren we ons, hoe we aan tabel V zijn gekomen. De bestreken ruimte van een projectiel op zekeren afstand is X de hoogte van het doel X cptg invalshoek (mits deze kleiner is dan 15°). zie figuur 4 op Plaat XI. GE. is de kogelbaan met den invalshoek E, die juist door den top van het doel gaat. BE ABXcotg E. DA. is de baan van een projectiel, dat van J. komend in D. heeft aangeslagen en onder den dubbelen invalshoek opgespron gen is, ADB. 2 X Z waarbij E. niet grooter dan 15°. mag worden, anders zullen de projectielen niet meer opspringen na een aanslag op het water. Yoor deze kleine hoeken mogen we rekenen, dat DB 1/2 BE. zal zijn. Van de bestreken ruimte valt dus 1/3 vóór het doel, 2/3 achter het doel; men vuurt dus als het ware op het verticale doel AC, waarvan BC AB is. Om nu op zekeren afstand op dit doel schietende de meeste uit werking te krijgen, is het niet hetzelfde op welk punt van de schijf men mikt, dit zou alleen het geval zijn, indien de trefkans zich

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 459