- 439
lier voor 74,44 dus per jaar^— /6,20. Per dag zou hij dan
behooren te betalen ^14ri29+/6,2O Q
3,65 U,UÖ<
In 1898 bedroeg het aantal verpleegdagen bij het hospitaal te
Soerabaia van de Inl. onderoff. 525 en van de Inl. minderen 25876.
(hoeveel verpleegdagen van korporaals daaronder begrepen zijn is
mij niet bekend).
Werd nu voor eiken verpleegdag respectievelijk 5 en 3 cent.
betaald, dan zou dit 525 X ƒ0,05 25876 x 0,03 ƒ802,53 zijn.
Zij kunnen daarvan ook in stede van f de volle indemniteit ont
vangen, en daar de inlanders geen misbruik van sterken drank
maken, kon hun dit dadelijk worden uitbetaald.
Wilde men deze wijze van verstrekking der vernieuwing in
voeren, dan zouden er overgangsbepalingen gemaakt moeten
worden.
Ik wil trachten ook die volgens mijn beste weten te geven.
Daartoe nemen we aan, dat de nieuwe regeling in werking is ge.
treden 1 Februari 1902. Voor de vernieuwing van dien datum
wordt dus f 15,52 toegekend, worden de verlangde goederen ont
vangen, of wel geheel of gedeeltelijk de volle geldswaarde uitbe
taald en van en met dien datum heeft voor allen inname bij de
schuldrekening plaats te rekenen over de verpleegdagen van en
met 1 Februari 1902.
Zij, wier diensttijd tusschen 31 Mei 1902 en 1 Februari 1903
eindigt, ontvangen de vernieuwing of vernieuwingen volgens de
thans bestaande bepalingen, doch bij ontvangst van indemniteit
in stede van de volle geldswaarde. Bij reëngagement of
niet verlaten van den dienst om andere redenen worden de
nieuwe bepalingen op hen van toepassing, te rekenen van 1
Februari 1902.
Voorbeelden. 1. Iemands diensttijd eindigt in Juni of Juli. Hij
ontvangt nu de vernieuwing van 1 Juni in natura dan wel voor
beide of voor een van beide artikelen de volle geldswaarde. Ver
bindt hij zich op nieuw voor den dienst, of verlaat hij om andere
redenen den dienst niet, dan ontvangt hij op 1 Augustus het op
dien datum toegekende bedrag van 16,14 verminderd met 5,36.
2. Een ander, wiens diensttijd in Augustus of September èin-