451 officieren ernstig, doch gemakkelijk weg te nemen bezwaar ver bonden, n.l. de tegenwoordige wet op het Hooger Onderwijs, welke voor de toelating tot examens vordert, dat de aspirant het eindexamen gymnasium, dat van de H.B.S. met 5.j. cursus /met aanvullingsexamen in de oude talen) of wel het z.g.n. staats- examen heeft afgelegd. Ik noem dit een ernstig bezwaar, want op een leeftijd, waarop als regel een officier het universitair on derwijs wil volgen, is het geen bagatel nog eens geëxamineerd te worden in alles wat op een H.B.S. wordt onderwezen, en, uit gezonderd de officieren, herkomstig van militaire school te Haar lem, is er bijna geen enkel in het bezit van het einddiploma 5 j.cEinddiploma's gymnasium zijn nog zeldzamerToch mag —waar het feitelijk om te doen is—wel worden aangenomen, dat een officier voldoende middelbaar onderwijs heeft genoten laten we nog liever zeggen: voldoende ontwikkeld is om de lessen aan een hoogeschool met vrucht te kunnen volgen. Iets anders is de kennis van Latijn en Grieksch: die quaestie is is echter van algemeenen aard, maar is ze voor den één, dan is ze ook voor den ander onontbeerlijk. Reeds gaan er stemmen op tégen die onontbeerlijkheid, meer bepaald wat het Grieksch betreft- Hoe 't ook zij: men late officieren toe tot de Universitaire examens in de rechten met verplicht aanvullings-examen in Latijn (eventueel Latijn en Grieksch). De zaak is van genoeg belang om nader te overwegen als eerste stap ter verkrijging van betere militaire rechters. Het is, herhaal ik, van harte te hopen, dat het nu opgetreden Mi nisterie in zijn vierjarig bestaan den tijd zal vinden tot voltooiing van den aangevangen arbeid en ons van de huidige rechtspleging verlossen zalBetere rechters zijn nog dringender noodig dan betere strafwetten, al moest men wel met het laatste beginnen. Men zal zich later met verwondering afvragen, hoe 't mogelijk is geweest, dat in onzen verlichten en ontegenzeggelijk ook democra- tischen tijd zoo'n anachronisme bleef bestaan. Er zijn nü nog altijd menschen, die beweren „dat het zoo erg niet is", een opinie alleen verklaarbaar bij verregaande onverschilligheid of onwetendheid- Dat dergelijke gevoelens zeldzaam mogen zijn—of worden—in het Nederlandsch Parlement! J. F. d. O.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 485