492 bij schepen met doode hoekenen het eigen vuur zoo voordeelig mogelijk kan doen zijn. Met meer kleine schepen tegen één groot strijdend, zal men trachten door aan ééne zijde van den vijand te blijven, wat snelvuurbatterij betreft ten minste, een gelijk aantal vuurmonden in het spel te brengen. De munitie welke men tegenwoordig gebruikt, bestaat uit stalen en gewone granaten, gevuld met buskruit of brisante spring middelen. De Nederlandsche Marine is tot invoering van deze laatste niet overgegaan en dit wellicht zeer terecht, wanneer men den uitslag nagaat der proeven, die op dit gebied genomen zijn. Vooral bij de beschieting der Belle Isle is gebleken, dat lydiet op onbeschermde gedeelten wel eene groote uitwerking kan hebben, doch tegenover pantser, al is het ook licht, in het geheel niet, daar de granaat onmiddellijk, nog vóór het indringen, springt en in zulke kleine fracties, dat er binnen boord geene uitwerking van is te bespeuren. De buskruitgranaat dringt eerst in en springt daarna, hetgeen tengevolge heeft dat de averij, welke deze binnen boord maakt gewoonlijk grooter is. De gewone buskruitgranaat springt in een aantal vrij groo te stukken na door een dunne ijzerplaat, zooals de huid van een schip is, gedrongen te zijn, en deze stukken hebben elk nog voldoende doorslagvermogen, om binnen boord schotten en der gelijke te vernielen, de brisante gewone granaat ontploft bij het treffen, scheurt een deel der huid naar boven weg, en rukt dus een daarboven staand kanon van zijn plaats, maar doet naar bin nen boord weinig uitwerking, daar de granaat als 't ware tot pulver slaat. Bij het snelvuurgeschut van 7,5 en 5 c.M. heeft de Marine ook nog ringgranaten, welke op de bekende wijze zich in tal van kleine projectielen splitsen, en dus op een licht beschermd dek tegen over de bemanning zeer veel effect zullen hebben. Een groot aantal dier kanonnen met groote vuursnelheid over het geheele dek verspreid, is een krachtig wapen om, vereenigd met het licht snelvuur en hotchkissvuur en zoo mogelijk ge- weer-bundelvuur, de bemanningen van de onbeschermde stuk ken des vijands weg te schieten. En daar die lichte batterij te-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 526