495 zijn, die in korten tijd een massa dier ringgranaten tot op grooter afstand kunnen brengen, is de uitrusting daarmede voor de grootere vuurmonden overbodig. Door het invoeren bij de Kon. Ned. Marine van het geweer van 6,5 m.M. heeft deze, evenals de landmacht, tegenover levende doelen een licht en handig wapen gekregen, dat tot op vrij grooten afstand in een minimum van tijd een massa projectielen brengt op een vrij klein doel. De beplating der huid zal gewoonlijk wel voldoende dik zijn, om op eenigen afstand ook in het onbeschermde deel van het schip de bemanning te beveiligen, uitgezonderd bij torpedoboo ten, die slechts een huid van 3 a 5 mM. staal hebben. Daar er bijna evenveel typen als schepen zijn, is het onmo gelijk een vast schema aan te geven, hoe te ageeren tegen eenig schip. Men zal altijd de teekeningen moeten raadplegen, en daartoe is het bij een oorlog noodig een lijst te hebben, waarin de gepantserde schepen met hun eigenaardigheden duidelijk zichtbaar zijn aangegeven. In een gevecht van schepen tegen vaste versterkingen aan den wal, zijn schepen in het nadeel, doordat zij door het kleine bestek, waarin alle wapens zijn bijeengebracht, meer kans hebben door één treffer zeer belangrijke schade te lijden, terwijl een fort wel een grooter oppervlak biedt, doch veel zwaarder ge pantserd kan worden en door een gelukkig schot op zijn hoogst één stuk kan worden gedemonteerd. Maar een schip kan, door steeds in beweging te blijven, het richten der vijandelijke commandeurs zeer bemoeielijken, en den gevechtsafstand kiezen niet alleen, maar, zoolang de voort stuwingsmiddelen en het roer niet beschadigd zijn, zich geheel terugtrekken. Staan in een fort de zware kanonnen zoo goed beschermd •opgesteld of is de minimum afstand, waarop schepen kunnen naderen, zoo groot, dat men als 't ware geen nadeel onder vindt van het vijandelijk licht en middelbaar-snelvuurgeschut, dan zal het hoofddoel wel zijn, door het pantser te vernielen den vijand op het gevoeligste punt te kwetsen; een granaat toch, welke binnen het pantser springt, zal of de machines of de zware batterij onbruikbaar maken, en kan op de waterlijn

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 529