- 517 De Austalische koloniën beschikken derhalve over eene geor ganiseerde strijdmacht van 26000 man, nl. 2000 Regulars, 14000 miliciens en 10000 vrijwilligers, waarbij nog moet worden aangeteekend, dat volgens Lord Brassey de Regulars alleen voldoende in aantal zijn om de forten te bezetten. De sterkte van de georganiseerde strijdmacht van iedere kolonie afzonderlijk bedraagt: Nieuw-Zuid-Wales 6108 man op eene bevolking van 1175000 inw. Victoria 5388 Queensland 2Q60 West-Australië 776 Zuid-Australië 2033 Tasmanië 1458 Nieu w-Zeeland 7488 1165000 425000 55000 jj 330000 155000 635000 3940000 inwoners 1) telt Het jaarlijksch onderhoud Op eene totale bevolking men dus een leger van 26000 man. bedraagt 540000. Als besluit van onze mededeelingen betreffende de Austalische landmacht vermelden wij nog een en ander omtrent de naar Zuid-Afrika gezonden contingenten. Toen de oorlog met de Zuid-Afrikaansche Republiek en den Oranje-Vrijstaat uitbrak, boden vele koloniale regeeringen tele grafisch hulptroepen aan, welk aanbod door de Rijksregeering gaarne werd aangenomen, met de waarschuwing „infantry pre ferred". Men besloot toen een korps te zenden, bestaande voor de eene helft uit infanterie en voor de andere helft uit bereden infanterie. In Victoria werden vrijwilligers van de „Rangers" en de „Mounted Rifles" gevraagd; in minder dan 3 weken was het le contingent naar de Kaap ingescheept. Toen de oorlog voortduurde, werd het aanbod van hulptroepen hernieuwd en aangenomen. Daar ditmaal uitsluitend bereden infanterie werd gevraagd, werd het 26 contingent getrokken uit dit wapen, aan gevuld door manschappen van de „Rangers", die te voren hunne bedrevenheid in rijden hadden bewezen. Den 18° Januari 1900 scheepten zich 250 man in. Dadelijk na het vertrek van het 2e contingent werd een 3e ge- van 1) Zonder de inboorlingen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 551