94 te staan, zooals ik reeds besprak in de betreffende opmerking in den grondslag van het onderricht. 21 tot 28 behandelen de frontmarsch, hierbij aangevende: „Alvorens het peloton in beweging te stellen geeft de onder wijzer den pelotons-Ct. een punt van directie aandeze draagt zorg bij den frontmarsch steeds in gelijkmatigen gang en in de aangegeven strekking te rijden. Ten einde van die strekking nimmer af te wijken, neemt hij voortdurend twee punten in het oog, die haar bepalen". Wanneer men dit zoo leest, krijgt men den indruk „dat pelo tons-Ct. spelen, is dan toch zoo'n kunst niet. Een rechte lijn is volkomen bepaald door twee punten, de pelotons-Ct. heeft die twee punten in het oog, dus het rechtuit rijden is gegaran deerd". Het is evenwel een bekende zaak, dat het zitten voor een peloton niet ieders werk isen wel om de eenvoudige reden, dat rechtuit rijden niet zóó gemakkelijk is, als men het uit 21 zou afleiden, en dat daartoe zeer veel oefening wordt vereischt. Het is dan ook steeds merkbaar bij de exercitiën, indien zich jonge officieren in het eskadron bevinden, daar deze, laten we het ronduit zeggen, de boel vrijwel in de war gooien. Behalve aan het niet recht uitrijden voor hun persoon, zijn zij niet gewend zich te regelen op de andere pelotons-Cten, waardoor een voortdurend „Stutzen und Vorprellen" ontstaat. Hoewel, zooals ik reeds aangaf, veel oefening noodzakelijk is, had het reglement een eenvoudig hulpmiddel kunnen aangeven om den pelotons-Ct. in staat te stellen, voortdurend zijn rechtuit rijden te controleeren. Dit middel is het volgende: De pelotons-Ct. projecteert zijn blik door het punt van directie op den grond, met andere woorden brengt een vertikaal vlak door zijn oog en punt van directie en bepaalt de snijlijn van dit vlak en het terrein. In die snijlijn worden nu opgemerkt tal van kenbare punten als: een stuk steen, een grasloos plekje, een bosje gras, een hoog opgeschoten bloem, een struikje enz. enz., alle punten die zich in grooten getale zullen voordoen. Door nu te zorgen steeds precies over die punten heen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 114