102 - deze hoogst gewichtige handeling niet aan een eenvoudigen cavalerist opgedragen. Eenvoudigen cavaleristMaar het reglement zegt toch„Ver- eischten voor éclaireurs zijn, dat zij een vlug begrip hebben, goed over onbekende terreinen rijden en den invloed kennen, die het terrein op de bewegingen der cavalerie uitoefenen". Zeker, maar vindt deze eigenschappen maar eens! En in een inlander Het wil mij dan ook voorkomen of de compilatoren van het Indische reglement in den waan verkeerden, dat zij deel uitmaak ten van een krachtige, goed bereden cavalerie, goed geoefend en bestaande uit Europeanen. Maar deze waan is ijdel! En ook dan nog: geen éclaireurs. Het Zwitsersche reglement zegt dan ook zeer juist: Jede in Gefechtsbereitschaft sich setzende Kavallerietruppe musz das Terrain, in welchem sie vorzugelien beabsichtigt, in Be- zug auf seine Gangbarkeit untersuchen lassenes hat das früh- zeitig und auf weite Strecken zu geschehen. Die Führer von Regimentern und höhern Verbanden lassen diese Untersuchung im groszen durch ihre Adjutanten und Ordonnanz Offiziere vornehmen. Dus: auf weite Strecken, en durch Adjutanten und Ordon nanz Officiere! Het Indische reglement geeft den indruk, alsof men de plaats, waar een treffen kan plaats vinden, tot in cM. nauwkeurig kan aangeven! Thans gaan wij over tot de technische uitvoering volgens het Indische reglement. 71 laat de éclaireurs voorkomen op het commandoÉclaireurs voor, waarop twee der daartoe opgeleide ruiters op aanwijzing van den pelotons-Commandant, de sabel trekken, in galop voorko men, zich naar den onderwijzer begeven en van dezen den last ontvangen in welke richting zij moeten voorgaan en hoedanig zij hebben te handelen. Om te vuren moet de ruiter stilstaan, overigens niet, tenzij om waar te nemen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 122