219
„de infanterie die den koppel met patroontasch over de jas
„moet dragen opwippend, allerdwaast staand, van 5 koperen
„knoopjes voorzien burgerjasje van donkerblauw serge benevens
„een dito broek, alles zonder eenig versiersel. Yoila tout!"
(Mil. Tijdschrift 85 II pag. 1069.)
De Memorie van Toelichting op de Indische begrooting van
'85 zegt omtrent de voorgenomen uniformverandering„Het is
„zeer wenschelijk, dat, wanneer met 1 Januari 1886 de veran
dering volledig in werking komt, die hoofdzakelijk in het
„belang van de gezondheid der mindere militairen in hunne
„kleeding is gebracht, wat de stof betreft, tevens ook andere ver-
„beteringen in de uniform kunnen worden ingevoerd zonder dat
„de jaarlijksche uitgaven belangrijk worden vermeerderd, zal
„eene doelmatige en nettere kleeding aan de militairen gegeven
„kunnen worden."
Eerst later, als de practijk omtrent verschillende punten
uitspraak zou hebben gedaan, zou de uniform definitief worden
vastgesteld.
Sedert 1 Januari '87 zijn dan alle mindere militairen van de
nieuwe sergen kleeding voorzien.
Volgens het Koloniaal Verslag' van '89 zijn tegen het eind
van '88 door de verschillende korpscommandanten rapporten
uitgebracht nopens hunne bevinding omtrent de nieuwe uniform.
Sedert zijn in die nieuwe uniform in de détails eenige wijzi
gingen aangebracht en is die geworden wat ze thans is en zoo
als ze is beschreven in de A.O. 1894 No. 27.
Serge.
De Indische Tolk van het Nieuws van den Dag van 28 Mei
1890 formuleerde haar oordeel over de nieuwe [proefkleeding]
in de volgende bewoordingen: „In de eerste plaats dan moet
„als een van de groote verbeteringen, door de nieuwe kleeding
„verkregen, worden aangemerkt, dat het militair voorkomen van
„den man, maar vooral van den troep, belangrijk verbeterdis;
de stoflage, de militaire versierselen, vooral aan het hoofddek
sel en de uitmonstering, hoewel niet in alle opzichten prac-
„tisch, dragen daartoe belangrijk bij."
„De serge, waarvan de kleeding is vervaardigd, is fraai en
