248
"breedte hebben, kan men dikwijls de affuit toch nog laten trek
ken door de raden eenvoudig links en rechts door de sawah te
laten gaan.
Aldus heeft men een marschvorm verkregen, die eenigszins
stabiel kan worden genoemd, omdat zij op terreinen van afwis
selende geaardheid dikwijls veel langer achtereen kan worden
volgehouden dan die met geheel gedragen of getrokken stuk.
Hierdoor vermindert ook de tweestrijd, die de artillerie-com
mandant met het oog op de onbekendheid met het nog door te
trekken terrein, telkens in zich zelf te voeren heeft: „dragen
of trekken".
Deze wijze van handelen heeft echter ook haar nadeelen
le. Men houdt zich niet aan de bestaande formatie, en eene
batterij kan op die manier nooit 3 secties van 2 stukken uit
brengen.
2°. Het vierde muildier verlengt de colonne en verhoogt hare
trefbaarheid, terwijl men met 4 muildieren, afgezien van de
overige gunstiger omstandigheden, meer kans heeft op ongeval
len dan met 3.
3e. Er is nog altijd en nu bijna gedurende den geheelen
marsch één beladen muildier per stuk, dat dus, zoodra de weg
drassig of de galangans door de sawah's wat smal worden, ieder
oogenblik kans heeft te vallen. Al kiest men ook voor deka-
nondraagdieren de beste uit, men vermijdt daardoor deze moei
lijkheid niet, terwijl het eveneens ondoenlijk is om bij elk stukje
moeilijk terrein het muildier even af te laden, het kanon door
menschen over te brengen, en aan den, overkant weer op te laden.
Dit is veel te tijdroovend en te vermoeiend, hoogstens kan
men 't trekkende muildier, als het gevaar loopt met de affuit te
blijven steken, even afspannen en later weer aanspannen, want
dit af- en aanspannen gaat veel sneller en is lang niet zoo ver
moeiend als telkens af- en opladen.
4e. Van eene goede, maar kort durende, gelegenheid om het
heele stuk te trekken kan om dezelfde redenen als vroeger geen
gebruik worden gemaakt, terwijl het eindelijk vaak zal blijken,
dat de beide kanondraagdieren, als zij eenige dagen achtereen
als zoodanig zijn ingedeeld geweest, gaan lijden aan pijnlijke
ruggen.