249
Als derde soort draagkracht voor de artillerie zou ook de-
mensch in aanmerking kunnen komen. Tot nu toe werd deze
kracht bij onze berg-artillerie alleen aangewend bij de pionier-
afdeelingen. Wel werden er reeds meermalen proeven genomen
in hoeverre men eene sectie berg-artillerie door menschen kan
laten vervoeren, maar dit geschiedde, meenen wij, meer met 't
oog op 't optreden van eene onbespannen sectie als mobiele
uitvalsartillerie bij kleine excursies.
Wij hebben enkele marschen met eene door menschen gedragen
sectie berg-artillerie meegemaakt en hebben verbaasd gestaan
over de gemakkelijkheid, waarmede die dragende koelies verschil
lende terreinmoeilijkheden overwonnen. De officieren en stuks
commandanten hadden bij die marschen hunne paarden thuis
gelaten een goede maatregel want wij gingen hellingen open
af, waar wij geen paard aan de hand en evenmin een onbeladen
muildier tegen op of van af hadden gekregen. De koelies brach
ten de stukken overal en af en toe maakten wij zelfs in stilte
de opmerking, dat wij de verantwoordelijkheid voor dezen vredes-
marsch niet gaarne zouden willen dragen, want meer dan eens
scheen ons 't werk der koelies levensgevaarlijk.
Na afloop van den tweeden marsch door zeer zwaar bergterrein
verklaarden deze koelies wel, dat zij weigerden weer door zulk
terrein te marcheeren, maar intusschen hadden zij toch getoond,
welke diensten men zoo noodig van hen zou kunnen vergen.
Ook drassige terreinen werden door deze koelies veel gemak
kelijker en veel vlugger doorgetrokken dan door muildieren en
paarden en zeker zou eene geheel door menschen gedragen
artillerie zeer aanbevelenswaardig zijn, wanneer de colonne, door
één enkele sectie gevormd, niet zoo lang was, en vooral, wanneer
de mensch als draagkracht wat taaier was. Een enkele ver
moeiende marsch van bijv. een 7 a 8 uur doorstonden deze koelies
uitstekend, maar als men den volgenden dag weer zulk eenen
marsch zou willen maken, dan zou zich geen man daarvoor
aangemeld hebben. Het voortdurend dragen is eene te groote
vermoeienis en men zou dus eene zeer groote reserve ter aflos
sing moeten hebben, waardoor de colonne alweer langer en on
handelbaarder zou worden.
Het niet kunnen trekken is eindelijk ook een groot bezwaar.