270 Mijne bewering, dat volgens de beslissing van het Hof alle' vonnissen van den laatsten tijd nietig zouden zijn, omdat het eene vaste gewoonte is een zestal vragen en antwoorden van ieder verhoor niet woordelijk te lezen, tracht de Heer Bergsma te niet te doen, door te zeggen, dat men het met die beslissing maar zoo nauw niet nemen moet. Men kan volgens zijne mee ning de inleidende vragen gerust onder het een en ander" van art. 157 R.L. brengen, waarvan de lezing achterwege kan worden gelaten. Ik ben het in dit opzicht volmaakt eens met de mee ning van mijn geachten recensent, doch en daar komt het slechts op aan het Hof niet. Dat heeft beslist, dat alle verhooren, zonder eenige restrictie van begin tot eind gelezen moeten worden. In elk geval wordt het nooit eenparig begrependat men de lezing van minder belangrijke stukken achterwege kan laten; er wordt zelfs nooit bij acclamatie over gestemd. Ik blijf de genomen beslissing volmaakt willekeurig achten. Het zou mij weinig moeite kosten hier een betoog te leveren, dat garnizoensorders, stamboeken, strafhoeken enz. somtijds ook gewichtige stukken zijn. In elk geval is het een feit, dat som mige zeer belangrijke stukken dikwijls voor den auditeur-mili tair en voor den krijgsraad nagenoeg onverstaanbaar en voor den beklaagde letterlijk abracadabra zijn; bijv. de deskundige chemische rapporten over het onderzoek naar bloedvlekken, de aanwezigheid van brucine, pycrotoxine, solanine en andere ver giften. Welk een dwaasheid, welk een onnoodige formaliteit dan zulk een verslag van a tot z voor te lezen. Zou de rechtspraak er ook maar in één opzicht onder lijden, indien bijv. den be klaagde eenvoudig werd medegedeeld, dat blijkens het onderzoek van Dr. N. N. de vlekken in zijne attila bloedvlekken zijn? Als onze militaire rechtspraak in zulke formaliteiten hare kracht moet zoeken, doet men het best haar maar terstond af te schaffen. Door omstandigheden, onafhankelijk van mijn wil, is deze brief wat lang blijven liggentoch meen ik hem alsnog te moeten verzenden. U.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 290