304 voldoende kans op succes in massa te bestrijden. Als de vijand landt is hij overmachtig, geen vijand komt, of hij komt met overmacht en wel in de eerste plaats aan artillerie en dus kan de eerste taak van onze artillerie onmogelijk zijn om den strijd met die overmacht te wagen. De taak van iedere zwakke ver dedigende artillerie is om, de overmachtige aanvalsartillerie zoo veel mogelijk ontwijkende, de eigen infanterie te ondersteunen, waar zij kan. Iedere man, gevallen in een artillerieduel, dat begonnen is om overwicht te krijgen op de vijandelijke artillerie, is een offer, dat niet had mogen worden gebracht, terwijl daar entegen geen offer, gebracht ter wille van in 't nauw gedreven eigen infanterie, te zwaar geacht kan worden. Natuurlijk kan het in verband met dit laatste wel noodig zijn, dat onze artil lerie zelfs tegenover zeer overmachtige vijandelijke artillerie den strijd moet beginnen, maar dan slechts zoo lang, tot 't gevaar voor de eigen infanterie zal zijn afgewend. Onze bereden artillerie zal in deze periode van den oorlog niet haar zwaarste taak hebben. Ons veldleger zal den vijand op houden, waar het kan, maar zich nergens aan eene beslissing wagen, werkelijk spannende oogenblikken, waarin batterijen zich voor infanterie opofferen, mogen niet voorkomen, en werkelijk ernstige verliezen mogen door onze artillerie nog niet geleden worden. Nergens dus een optreden als massa, hier en daar eene batterij, hoogstens enkele batterijen vereenigd om te trachten een partieel voordeel op den vijand te behalen of een tijdig dooi de infanterie begonnen terugtocht te dekken. Het zeer begroei de indische terrein en het rookzwakke kruit zullen nu, evenals later, de beste bondgenooten onzer zwakke artillerie blijken te zijn; zij zullen haar in staat stellen om hier en daar, dikwijls gedurende vrij langen tijd, haar aanwezigheid aan den vijand te doen voelen, zonder dat het dezen gelukt haar uit te vinden. Er zal weinig gevuurd worden op beslissende afstanden, van tot 't uiterste opgevoerd snelvuur zal weinig gebruik gemaakt wor den en in 't algemeen zien wij geen enkele reden, waarom in deze periode de artillerie tegen den inlandschen vijand niet met evenveel gevolg kan worden aangewend als de moderne berg- artillerie. Naarmate de strijd in 't vlakke land zijn einde nadert en de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1902 | | pagina 326